‏ 2 Thessalonians 3:1

Bidt voor ons

2Th 3:1. Paulus heeft zijn hoofdthema naar voren gebracht. Nu wil hij nog enkele andere dingen aan de orde stellen. Het zijn aanvullende opmerkingen. Je kunt dat zien aan het inleidende woord “overigens”. Dat betekent niet dat het om minder belangrijke dingen zou gaan. Alsof je de dingen die hij nog wil doorgeven wel een keertje zou kunnen lezen als je daar tijd voor hebt of er zin in hebt. Nee, wat hij nog wil toevoegen, vloeit voort uit de ‘broederband’ die hij met hen heeft.

Het eerste wat hij noemt, is het gebed. Hij vraagt voorbede. Daarmee doet hij een beroep op hun verbondenheid met hem. Toch vraagt hij niet zozeer om gebed voor zichzelf, maar voor de voortgang van “het Woord van de Heer”. Daar gaat het in zijn leven om. Het Woord verandert levens. Als er iets in de wereld aanwezig is waarin God Zich kan verheugen, is dat te danken aan het werk van Zijn Woord. De wereld als geheel ligt “in het boze” (1Jh 5:19). Waar het Woord zijn werk doet en wordt aanvaard, wordt de verbinding met de wereld losgelaten en ontstaat er iets wat aan God verbonden is.

Daar is een overwinning behaald op de macht van de wereld, de zonde en de satan. Daar wordt de macht van het Woord gezien. Elk geval waar de macht van het Woord zichtbaar wordt in een mensenleven, is dat een verheerlijking van het Woord, een eerbetoon aan het Woord (Hd 13:48). “Verheerlijkt” kun je hier opvatten in de zin van ‘gekroond’. Het Woord heeft zijn volle loop voleindigd als het in geloof is aangenomen en zijn volle uitwerking in de ontvanger heeft.

De gedachte die in “voortgang” opgesloten ligt, is die van een atleet die over de renbaan snelt om als eerste over de finish te komen (Ps 147:15). Die voortgang is toe te passen op gebieden waar het evangelie wordt gebracht en ook op harten waarin het Woord gekomen is. Het Woord is niet statisch, maar dynamisch.

De Thessalonicenzen zijn er het bewijs van. Voor de voortgang van het Woord van de Heer kan Paulus op hen wijzen. Zoals bij hen het Woord voortgang heeft, zo moeten ze ervoor bidden dat het overal zal gebeuren. Hun leven maakt als het ware reclame voor de voortgang van het Woord. Is jouw leven daar ook reclame voor? De boodschap van het evangelie is zo aantrekkelijk als jouw leven er uitziet.

2Th 3:2. Na zijn vraag om voorbede voor het Woord gaat hij verder met vragen om voorbede voor zichzelf. Hij wil graag bevrijd worden van mensen die de voortgang van het Woord hinderen (Rm 15:31; 2Tm 4:18). Die mensen gedragen zich onbehoorlijk, ongepast tegenover het evangelie. Verbaas je daarover maar niet. Het evangelie roept die reactie nou eenmaal op. Mensen die er niet voor willen buigen, voelen zich erdoor in hun positie bedreigd. Daarom vallen ze het aan met onredelijke middelen.

Als ze nuchter zouden nadenken, zouden ze inzien dat het evangelie alleen maar voordeel betekent. Maar dat kunnen ze niet omdat het bij hen van binnen niet deugt. Ze hebben een slechte gezindheid. Ze willen zich niet overgeven aan God en de Heer Jezus.

Als je bezig bent met een werk voor de Heer, zul je tegenstanders op je weg tegenkomen. Je ziet hier dat je ervoor mag bidden dat die tegenstanders hun werk niet zullen kunnen voortzetten. Deze mensen zijn tegenstanders van het evangelie omdat ze niet trouw zijn aan het Woord van God. Ze geloven er niet in, erkennen het gezag er niet van. Ze accepteren alleen die gedeelten waar ze het mee eens zijn. Zo werpen ze zich op als beoordelaars van het Woord, maar ze laten zichzelf er niet door beoordelen.

2Th 3:3. Terwijl ontrouw het kenmerk is van hen die Gods Woord niet serieus nemen, is het kenmerk van de Heer dat Hij altijd trouw is. Op Hem kun je vertrouwen, je kunt van Hem op aan. Hij blijft altijd trouw aan Zichzelf (2Tm 2:13). Aan het einde van de eerste brief staat dat God trouw is (1Th 5:24); hier lees je dat de Heer trouw is. Het maakt niet uit. Beide Goddelijke Personen zijn trouw. Te midden van alle ontrouw is de Heer een machtige vesting. Hij is nog even trouw als toen Hij ons riep (1Ko 1:9). Omdat Hij trouw is, zal Hij ons bewaren (1Th 5:23-24) en Zijn beloften waarmaken (Hb 10:23). “Getrouw” is Zijn Naam (Op 19:11).

Paulus wijst op de trouw van de Heer om je vervolgens te wijzen op wat Hij doet. Hij versterkt en bewaart voor de boze. Hij geeft kracht om tegen de druk stand te houden. Ook staat Hij als een Wachter bij je om de boze bij je vandaan te houden, zodat die je niet zal aantasten (2Tm 4:18; Mt 6:13). Hij geeft om je en zorgt voor je. Van Hem gaat kracht en bescherming uit. Zijn bekwaamheid is net zo groot als Zijn zorg. In Zijn handen ben je veilig en kan geen vijand je benaderen.

2Th 3:4. Geborgenheid maakt niet zorgeloos. Veiligheid maakt niet werkeloos. Je mag weten dat de Heer je sterkt en bewaart. Tegelijk wordt hier van jou gevraagd de bevelen van Paulus te bewaren, dat wil zeggen dat je Gods Woord gehoorzaamt. Paulus vertrouwt erop dat de Thessalonicenzen aan zijn bevelen gehoorzaam zijn en gehoorzaam zullen blijven. De reden van zijn vertrouwen ligt in het feit dat zij in gemeenschap met de Heer leven. Als jij omgang met de Heer hebt, mogen anderen erop vertrouwen dat jij zult gehoorzamen aan wat Hij in Zijn Woord zegt.

2Th 3:5. Er is geen mooier motief om te gehoorzamen dan te kijken naar “de liefde van God”. Er is geen mooier motief om lijden te verdragen dan te kijken naar “de volharding van Christus”. Paulus wenst dat de Heer hun harten daarop richt. Het woord “richten” houdt in dat de weg wordt vrijgemaakt van hindernissen, zodat het hart zich ongehinderd op het doel kan concentreren. Van “de liefde van God” moeten we ons steeds weer en steeds meer bewust worden. Gods liefde voor ons is onveranderlijk, maar ons bewustzijn daarvan is behoorlijk aan schommelingen onderhevig.

Judas roept in zijn brief de gelovigen op zichzelf in de liefde van God te bewaren (Jd 1:21). Dat is dezelfde gedachte als hier. Je mag weten dat de liefde van God in je hart is uitgestort door de Heilige Geest (Rm 5:5), maar alleen als je je ermee bezighoudt, als het voor je leeft dat God je liefheeft, is je hart erop gericht. Zo gemakkelijk schuiven omstandigheden of verkeerde daden zich tussen Gods liefde voor jou en jouw bewustzijn daarvan in. Hoe komt het dat je het soms moeilijk vindt om Gods Woord te gehoorzamen? Is dat niet omdat je in dat geval niet aan Gods liefde voor jou denkt?

Als je leeft met in je hart het bewustzijn van Gods liefde voor jou, leef je een gelukkig leven. Dan ben je in Gods tegenwoordigheid. Je ervaart hetzelfde als wat de Heer Jezus altijd heeft ervaren. Is er ooit een moment geweest dat Zijn hart niet was gericht op de liefde van God? Hij was Zich er voortdurend van bewust. Daarom ging Hij in volmaakte rust en vrede Zijn weg, ook al was die nog zo moeilijk. Als jij je de liefde van God voortdurend bewust bent, zul je boven de omstandigheden worden uitgetild.

In situaties van lijden en miskenning omdat je met de Heer Jezus verbonden bent, is het een bemoediging als je hart gericht wordt op “de volharding van Christus”. Kijk naar Hem, zoals Hij op aarde Zijn weg ging en kijk naar Hem, zoals Hij nu in de hemel is. Op aarde zie je Hem met Zijn blik gericht op de vreugde die vóór Hem lag. Daarom verdroeg Hij het kruis en verachtte Hij de schande (Hb 12:2-3). Hij ging volhardend voort, zonder Zich van de weg van gehoorzaamheid en lijden te laten afbrengen. Neem een voorbeeld aan Hem, aan Zijn leven op aarde.

Ook in de hemel is Hij je voorbeeld van volharding. Denk je niet dat Hij graag een einde zou maken aan alle lijden van de Zijnen? En hoeveel heeft de Vader Hem beloofd als beloning voor Zijn werk. Hij wacht erop dat de Vader Zijn vijanden legt tot een voetbank voor Zijn voeten en dat Hij de beloning voor Zijn werk zal ontvangen (Hb 10:13). Als jouw hart gericht wordt op Zijn geduld, zul jij het ook kunnen volhouden.

‘De liefde van God’ en ‘de volharding van Christus’ zijn volkomen vreemd aan de wereld waarin je leeft. De liefde van God wordt afgewezen. Vragen die beginnen met ‘als God liefde is’, zijn vaak de inleiding voor het ter discussie stellen van Gods liefde. Ze zijn meer een ter verantwoording roepen van God. Ook volharding en geduld in beproeving en lijden worden niet geaccepteerd. Er moet direct uitkomst komen. De mens van de wereld wil ogenblikkelijk bevrediging van zijn behoeften.

Als jouw hart gericht is op de liefde van God en de volharding van Christus, zal dat, behalve dat het jezelf gelukkig maakt, ook een getuigenis zijn voor je omgeving. Niet dat het je applaus zal opleveren, maar in jouw leven wordt dan de Heer Jezus zichtbaar. Dat betekent zegen voor je omgeving, zoals het leven van de Heer Jezus zegen betekende voor allen met wie Hij in aanraking kwam.

Lees nog eens 2 Thessalonicenzen 3:1-5.

Verwerking: Hoe kun jij het verzoek van Paulus om voorbede in jouw leven toepassen?

Copyright information for DutKingComments