‏ Acts 15:32-33

De brief in Antiochië ontvangen

De gemeente laat het gezantschap gaan, wat aangeeft dat zij achter hun zending staat. Als de vier in Antiochië komen, wordt de menigte van de gelovigen in vergadering bijeengeroepen. Daarna overhandigen de broeders die uit Jeruzalem zijn gekomen de brief. Het schrijven uit Jeruzalem bewerkt blijdschap omdat zij worden vrijgesproken van het juk van de wet. Het voorschrift om zich van enkele noodzakelijke dingen te onthouden is ook deel van die blijdschap. Jeruzalem garandeert vrijheid voor de volken, hoewel ze zelf vasthoudt aan de wet. Dit is de juiste gezindheid om met elkaar als gemeenten om te gaan als het gaat om regelingen en inzettingen waaraan sommigen menen te moeten vasthouden.

Behalve de vertroosting die door de brief tot de gelovigen is gekomen, is er ook gelegenheid voor Judas en Silas de gelovigen mondeling te vertroosten en te versterken. Als profeten zijn ze in staat totaal andere woorden te spreken dan hun voorgangers die zonder opdracht hier zijn geweest en woorden hebben gesproken die zielen aan het wankelen hebben gemaakt (Hd 15:24). De vele woorden die Judas en Silas spreken, dienen tot versterking van het geloof. Het is mooi om op deze manier met elkaar te spreken en ook door hen die van de Heer daartoe de gave hebben ontvangen te worden opgebouwd in het geloof.

Wanneer Judas en Silas zo enige tijd hun vertroostende en versterkende dienst hebben uitgeoefend, keren ze terug naar degenen die hen hebben gezonden, dat wil zeggen de gemeente in Jeruzalem. De broeders laten hen met vrede gaan. Er is rust en harmonie in de gemeente. Als Judas en Silas vertrekken, laten ze een gemeente achter met wie ze eensgezind zijn. Het verslag dat zij later in Jeruzalem zullen hebben gedaan van hun verblijf en dienst in Antiochië, zal daar ook zeker blijdschap hebben veroorzaakt.

Paulus en Barnabas blijven in Antiochië. Samen met nog vele anderen leren en verkondigen zij het Woord van de Heer. Dat wijst erop dat er in Antiochië een grote gemeente is en dat er een groot getal aan gaven is. Het doel is voor allen gelijk. Het gaat om de opbouw van de gelovigen en dat kan alleen door het Woord van de Heer. Het is hier weer niet het ‘Woord van God’, maar het “Woord van de Heer”. Het doel van de dienst is dat het leven van de gelovige in al zijn aspecten onder het gezag van de Heer komt.

Copyright information for DutKingComments