Amos 3:3

Het eens zijn

Als je met een ander op reis gaat of ergens aan gaat beginnen, is het van belang dat je samen eens goed hebt gekeken naar de verwachtingen die ieder van dit samengaan heeft. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor een huwelijk en een zaak. Als je samen met mensen op weg gaat, is het mogelijk dat een partij ongegronde of te hoge verwachtingen heeft. Dit samengaan kan dan menige teleurstelling opleveren, zo erg soms, dat men weer uit elkaar gaat.

Hoe komt dat? Omdat de basis van de ‘onderhandelingen’ in de mens ligt, in zijn ideeën en opvattingen over het gaan van die weg. Vaak ook wordt men het eens door het doen van concessies en het sluiten van compromissen. Het Samen op Weg-proces is daarvan een voorbeeld. Het is de naam van het proces van de pogingen tot nauwere samenwerking van de Nederlandse Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken in Nederland en de Evangelisch-Lutherse Kerk in Nederland sinds 1961. Deze kerken werden de Samen op Weg-kerken genoemd. Per 1 mei 2004 resulteerde dit in de fusie van de kerken tot de PKN, de Protestantse Kerk in Nederland.

Anders is het als God bij een samengaan is betrokken. En daarover gaat het hier. Wie samen op weg wil gaan met God, zal het met Hem niet op een akkoordje kunnen gooien. Samen op weg gaan met God kan alleen als je het in een ontmoeting met Hem eens geworden bent met Hem. Hem ontmoeten betekent in Zijn tegenwoordigheid komen en je helemaal aanpassen aan Zijn heiligheid. Het is onmogelijk met God te wandelen zonder met Hem in het reine te zijn. Wandelen met God, met Hem op weg zijn, kan alleen door je af te zonderen van het kwaad. Op weg zijn met God betekent naar Hem luisteren, gehoorzaam zijn aan Zijn Woord.

Je gaat toch niet met een ander op weg, zonder dat je het eens met hem bent geworden? Anders moet je er niet aan beginnen. Voor Amos is het duidelijk. Hij zit op één lijn met God, hij is het volkomen met Hem eens. Amos en God trekken gelijk op. Daarom kan Amos zo door God worden gebruikt als Zijn profeet, als Zijn mond. Amos spreekt de taal van God en hij spreekt de taal van het volk. De taal van God komt tot het volk in verstaanbare woorden.

Amos gaat in de volgende verzen aan de hand van uit het leven gegrepen voorbeelden het recht en de plicht om te profeteren ondersteunen. Hij doet dat omdat de aankondiging van de straf op de ongerechtigheden weerstand oproept. Hij gaat toelichten dat God niet met oordeel dreigt als daar geen reden voor is, als Hij niet een volk voor Zich heeft dat rijp is voor dat oordeel. Daarom houdt de vraag van dit vers tevens een oproep tot bekering in, een oproep om in overeenstemming te komen met God. Zo niet, dan zal Hij hun tegenstander moeten zijn (Lv 26:23-24).

Copyright information for DutKingComments