Daniel 6:28

Nederlands vers (29)

Voorspoed van Daniël

Het laatste bericht in de geschiedkundige hoofdstukken over Daniël is dat hij voorspoedig is onder de heersers van het tweede wereldrijk. Maar ook hierin zit een profetische schildering. Het is meer dan alleen een mededeling over de voorspoed van Daniël. We hebben in de vorige verzen gezien dat Darius in zijn getuigenis van de God van Daniël, de levende God, het hart van de volken vertegenwoordigt in het vrederijk.

Het noemen van Kores breidt dat beeld nog verder uit. We kunnen Kores namelijk zien als een beeld van de Heer Jezus. Wat van hem wordt gezegd door de profeet Jesaja, doet daar in elk geval toch wel sterk aan denken. We lezen dat de HEERE van hem zegt:

“Die over Kores zegt: Hij is Mijn herder,

en hij zal al Mijn welbehagen volbrengen, 

door tegen Jeruzalem te zeggen: Word gebouwd,

en [tegen] de tempel: Word gegrondvest” (Js 44:28).

Ook het volgende vers dat over Kores gaat, bepaalt ons toch wel sterk bij de Heer Jezus:

“Zo zegt de HEERE tegen Zijn gezalfde,

tegen Kores, die Ik vastgrijp bij zijn rechterhand,

om de volken vóór hem neer te werpen,

en de lendenen van koningen zal Ik ontgorden; 

om deuren voor hem te openen,

poorten zullen niet gesloten worden” (Js 45:1).

Kores wordt in deze verzen “Mijn herder” en “Zijn gezalfde” genoemd, namen waarbij we toch direct aan de Heer Jezus denken. Daar komt bij dat Kores het werktuig in Gods hand is geweest om Zijn volk te bevrijden uit de hand van Babel. Al met al lijkt het gerechtvaardigd om in dit laatste vers een beeld van het vrederijk te zien, waar het gelovig overblijfsel in vrede en voorspoed onder de zegenrijke regering van de Messias zal leven. De volken zullen zich in hun vrede en voorspoed verheugen en daarin delen. Voor alles zal de eer en heerlijkheid naar God gaan. Hij is de Bewerker en Handhaver ervan.

Copyright information for DutKingComments