Deuteronomy 17:12

Rechtspraak in moeilijke zaken

In dit gedeelte gaat het om een zich onderwerpen aan een straf die door een bevoegde instantie is opgelegd. Als men daartegen in opstand komt, wordt een geest van rebellie, van weerspannigheid zichtbaar. Daar openbaart zich een geest van tegenspraak en opstand tegen God. Het is het kwaad van ongehoorzaamheid tegenover God of tegenover hen die onder Hem met gezag bekleed zijn. Met dit beginsel van minachting en eigenwilligheid moet gehandeld worden op dezelfde manier als met toverij en afgoderij.

Het doel van de straf is dat anderen zullen horen en vrezen en niet in hetzelfde kwaad zullen vallen. Sommigen zullen zo verstandig zijn om van misdaad af te zien. Anderen zullen, als zij een misdaad hebben begaan en gestraft zijn, zich liever onderwerpen aan het vonnis, dan tegen zichzelf te zondigen en hun leven te verbeuren door er tegenin te gaan. Uit deze wet leidt de schrijver van de brief aan de Hebreeën af hoe ontzettend de straf is die zij waard geacht zullen worden, die de Zoon van God, en daarmee Zijn gezag, met voeten treden (Hb 10:28-29).

Als een plaatselijke gemeente een besluit neemt, is dat de hoogste gezagsinstantie op aarde. “Wat u zult binden op de aarde, zal gebonden zijn in [de] hemel” (Mt 18:18). De reikwijdte van het besluit is de hele aarde. Dat komt omdat de Heer Jezus Zijn tegenwoordigheid aan die plaatselijke gemeente verbindt: “Want waar twee of drie vergaderd zijn in Mijn Naam, daar ben Ik in hun midden” (Mt 18:20).

In Dt 17:9 komt de priester naar voren. Priesters worden verondersteld het best Gods gedachten te kennen omdat zij eraan gewend zijn in Zijn tegenwoordigheid te verkeren. Dat bepaalt de geestelijke gezindheid. Iedere broeder of zuster kan die priester zijn. Het gaat niet om de gave die iemand heeft, maar om de gezindheid die iemand heeft door zijn of haar omgang met God.

Copyright information for DutKingComments