Deuteronomy 21:19-21

De opstandige, ongehoorzame zoon

Zowel bij Israël als bij de gemeente zal het gaan om een overblijfsel. Dat overblijfsel zal boetedoen en de zegen van de eerstgeborene ontvangen. Het geheel zal het karakter hebben van “een opstandige, ongehoorzame zoon”. Zij willen niet gehoorzamen en zullen het oordeel ondergaan. Zoals de ouders met de opstandige zoon moeten doen, zo handelt God met weerspannige belijders.

Het gaat in dit gedeelte om een buitengewone verachting van Gods gebod om de ouders te eren. Alle mannen van de stad moeten de opstandige zoon doden. Deze zoon is een beeld van de goddeloze massa van het volk die in het oordeel zal omkomen.

Het overblijfsel, dat ellendig en arm is, wordt verzoend, terwijl het geheel van de eens door God uit Egypte geroepen eerstgeboren zoon (Ex 4:22) zal omkomen. Toegepast op de gemeente geldt hetzelfde. Zij die tot de gemeente behoren, dragen de naam ‘zoon’, maar God kan hen niet zo erkennen als zij zich niet afzonderen van het kwaad (2Ko 6:17-18).

Copyright information for DutKingComments