Deuteronomy 33:10

Levi

In de zegen die Mozes over Levi uitspreekt, worden we herinnerd aan een priestervolk, een volk dat Gods wil kent en daarover Gods volk kan onderwijzen. Daarvan spreken de Tummim en Urim. Dat zijn de twee stenen die de hogepriester in de borsttas draagt en waardoor hij de wil van God raadpleegt (Ex 28:30).

Levi is voor die taak voorbereid. Hier wordt gezegd dat God hem bij Massa en Meriba op de proef heeft gesteld. In Exodus 17 staat dat Israël God op de proef heeft gesteld (Ex 17:7). Er is geen water. Dat is een beproeving van God om te zien hoe het volk reageert. Het volk maakt God verwijten over Zijn handelwijze en betwijfelt zelfs Zijn aanwezigheid onder hen.

Levi heeft als deel van het volk daar zichzelf leren kennen. Deze beproevingen zijn voor Levi een opleiding om licht van God te ontvangen. Als later het volk nog een keer als geheel ontrouw wordt, blijft Levi trouw. Zij hebben de ontrouwen op bevel van Mozes gedood (Ex 32:26-29). Bij de uitoefening van het oordeel hebben zij geen onderscheid gemaakt tussen hen die wel en hen die geen familieleden zijn (Mt 10:37; Lk 14:26).

Dit is een verdere scholing om een geschikte onderwijzer van het volk te zijn. Iemand is alleen geschikt om Gods Woord te onderwijzen als dat Woord absoluut gezag voor en over hemzelf heeft. Levi heeft als beloning voor zijn trouw de eervolle opdracht gekregen Gods wet aan het volk te onderwijzen (2Kr 17:8-9; Ml 2:4-7).

Iemand die zo is gevormd in de praktijk van het leven te midden van Gods volk, mag in het heiligdom gaan. Door het onderwijs dat zij zelf hebben ontvangen, en ook doorgeven, zijn zij bekwaam en ook verlangend om reukwerk en brandoffers te brengen. In het vrederijk zal niets aan die dienst een einde kunnen maken.

Reukwerk is een beeld van de heerlijkheden van Christus die aangenaam zijn voor God. We mogen God alles vertellen wat we aan heerlijkheden in Christus hebben ontdekt. Reukwerk ziet ook op het gebed van de gelovigen (Op 5:8b; Ps 141:2), waaraan Christus de heerlijkheid van Zijn Persoon toevoegt waardoor die gebeden aangenaam zijn voor God (Op 8:3-4).

Mozes roept over een dergelijk priester- en Levietenvolk Gods zegen af. Wat zij doen, kan op Gods volle instemming en aanvaarding rekenen. Mozes vraagt de HEERE ook om Levi te beschermen tegen hun vijanden door de heupen te verbrijzelen van wie tegen hen opstaan om hen aan te vallen. De heupen symboliseren kracht en sterkte (Ps 69:24; Jb 40:2; Sp 31:17). Allen die Levi tekort willen doen, zullen niet voorspoedig zijn.

Copyright information for DutKingComments