Deuteronomy 6:1-9
Gehoorzaamheid geeft zegen
Na de vermelding in het vorige hoofdstuk van de tien geboden en de noodzaak van een middelaar geeft Mozes nu een nadere beschrijving van de geboden. Hij geeft alleen door wat de HEERE hem bevolen heeft, zoals iedere goede dienaar betaamt (vgl. Mt 28:19b). Het zijn geboden waaraan Gods volk onderworpen is om in het land te kunnen worden ingevoerd en daar de zegeningen te kunnen beërven (Dt 5:33). De zegen wordt voorgesteld in “overvloeit van melk en honing”. Het stelt overvloed en vruchtbaarheid voor. De uitdrukking komt bijna twintig keer in de Bijbel voor (Ex 3:8; 17; Lv 20:24; Nm 13:27; Nm 14:8; Nm 16:13-14; Dt 6:3; Dt 11:9; Dt 26:9; 15; Dt 27:3; Dt 31:20; Jz 5:6; Jr 11:5; Jr 32:22; Ez 20:6; 15). Eén keer wordt de uitdrukking door het opstandige en ongelovige volk gebruikt voor het land van de slavernij, Egypte (Nm 16:13). Verder is de uitdrukking steeds van toepassing op het beloofde land.Melk is een beeld van het Woord van God als voedzaam en gezond groeimiddel voor het geestelijk leven (1Pt 2:2). Zoals een baby afhankelijk is van de moedermelk, zo is de gelovige dat voortdurend van Gods Woord. Voor het leven in het land is dat onontbeerlijk, maar het is er in rijke mate aanwezig. De honing stelt de zoetheid van de natuurlijke betrekkingen voor. Als er afhankelijkheid is van God, zal er ook genoten worden van de onderlinge verhoudingen. Het samenleven van Gods kinderen op die basis is weldadig voor elk lid van Gods volk. In die atmosfeer kunnen alle andere zegeningen en weldaden van de HEERE volop worden genoten. Het delen van zegeningen vermeerdert de vreugde.De kern van het Jodendom
Na het vrezen van de HEERE in Dt 6:2 als resultaat van het onderwijs in de geboden volgt nu het liefhebben van de HEERE als de Enige en Ene (Zc 14:9). De godsdienst van Israël is monotheïstisch. Dat geeft zekerheid over God. Die zekerheid ontbreekt in polytheïstische godsdiensten. Als er meer goden zijn, kan iemand zich in de gunst van de ene god voelen, maar in angst leven voor de andere god. Die goden handelen in het denken van hun vereerders nooit in harmonie. Voor Israël is er niet zoiets als een god van de Sinaï en een god van de Hermon, een god voor Ruben en een god voor Levi. De eenheid van God garandeert volmaakte zekerheid over Zijn wil, zoals Hij die in Zijn verordeningen en bepalingen bekendmaakt. Er is geen andere godheid die iets anders verkondigt.Het gebod tot liefhebben is nooit door een aards vorst gegeven. Ten aanzien van God horen Hem vrezen en Hem liefhebben bij elkaar. God vrezen is eerbied voor Hem hebben.Het kennen van God als de HEERE Die Eén is, is de kern van het Oude testament, waarbij Gods aardse volk de centrale plaats inneemt. Het is ook, maar dan naar Gods volkomen openbaring in Christus, de kern van het Nieuwe Testament (1Tm 2:5; 1Ko 8:6).De kern van het christendom omvat een volbracht verlossingswerk, een Middelaar Die als verheerlijkte Mens in de hemel is en God de Heilige Geest Die sinds de Pinksterdag in de gemeente als geheel en in iedere gelovige afzonderlijk op aarde woont. Hiervan geven de gelovigen getuigenis in hun aanbidding, zowel in hun dagelijks leven als in de bijeenkomsten van de gemeente. In de Heer Jezus hebben wij God leren kennen als de drie-enige God: de Vader, getoond door de Zoon en bekendgemaakt door de Geest. Wij mogen God als Vader kennen. Drie Personen, toch één God. Omdat er maar één God is, kan er niets anders zijn wat het hart verdeelt dat geheel door de HEERE voor Zich wordt opgeëist.Aan Hem liefhebben met heel het hart en heel de ziel en heel de kracht wordt door de Heer Jezus het ‘verstand’ toegevoegd (Mk 12:30). Verstand is ‘zin’, ‘gemoed’. Om aan deze liefde met overgave te kunnen voldoen, is “het denken van Christus” (1Ko 2:16) nodig. Het denken van Christus is zoals Christus denkt, het is Zijn gezindheid, waarin de kracht van de Heilige Geest werkzaam kan zijn. “En wij weten dat de Zoon van God gekomen is en ons [het] verstand gegeven heeft” (1Jh 5:20). Door dit denken, dit verstand, krijgen we inzicht in Wie God is. Voor Israël zal dit in de toekomst waar worden, als de wet in hun hart én in hun verstand zal worden gegeven en geschreven (Hb 8:10; Hb 10:16).Dit liefhebben en dienen van God geeft de mens de grootst denkbare voldoening. Daartoe is hij namelijk geschapen en door Zijn Schepper toegerust met eigenschappen die erop zijn gericht Hem te dienen en te eren. Als hij dit doet, vindt hij ware rust en vrede. Door de zonde is de mens echter een zondaar en een vijand en hater van God geworden. De mens dient Hem niet en heeft Hem niet lief. Maar door genade is de gelovige met God verzoend (2Ko 5:18) en heeft hij nieuw leven ontvangen, de “Goddelijke natuur” (2Pt 1:4). Dit leven wil God liefhebben en dienen en kan dat ook.Reikwijdte van de geboden
De waarheid over God moet niet zuiver als theorie bewaard worden, maar het volk moet die waarheid kennen als feit en ernaar leven in de praktijk. In orthodoxe kerken wordt deze waarheid in geloofsbelijdenissen opgenomen. Men kent die waarheid als dogma, maar waar wordt ze uitgewerkt in het dagelijks leven? Als de kern van het christendom werkelijkheid is voor het leven van elke dag, zal dat tot gevolg hebben dat de Heilige Geest de leiding gegeven wordt van het persoonlijk en het gemeentelijk leven. God en Zijn Woord behoren de normale gespreksthema’s te zijn van elk lid van Gods volk, overal en op elke tijd.In de gezinnen zullen ouders hun kinderen de kern van het geloof inprenten, inscherpen, en hen oefenen overeenkomstig hun levensweg (Sp 3:1; 3; Sp 22:6). Dit geldt ook voor de familie van God. In de plaatselijke gemeenten zullen oudere gelovigen, de vaders in Christus, de jongeren deze dingen inscherpen. Hun onderwijs zal alleen effect hebben als het in hun leven waarneembaar is.Er is wel opgemerkt dat Mozes zijn wet zó eenvoudig en gemakkelijk te begrijpen acht, dat iedere vader wel in staat moet zijn om die aan zijn kinderen te leren. Er is geen excuus om hierin nalatig te zijn. Het is geen kwestie van intellect, maar van gezindheid, van het hart. Het gaat om het zorgvuldig overleveren van Gods Woord dat ons is toevertrouwd, aan hen, die na ons komen, opdat ook zij bevestigd en gezegend zullen worden in de gehoorzaamheid daaraan.Liefde tot God komt tot uiting in kenmerken die aan ons te zien zijn. Gods woorden bepalen behalve ons spreken tot onze kinderen ook ons handelen, wat wordt aangegeven door “op uw hand binden”. Het is voor iedereen zichtbaar, wat wordt aangegeven door “als een voorhoofdsband tussen uw ogen”. Het voorhoofd spreekt van het openlijke getuigenis (Op 13:16; Op 14:1) dat we van onze liefde voor God afleggen. Als we ons “de HEERE voortdurend voor [ogen]” stellen (Ps 16:8), komt dat in ons hele leven tot uiting. God wil betrokken zijn bij elk detail van ons leven. Er is niets in het leven van Zijn kinderen, waarvan Hij zegt: ‘Dat interesseert Mij niet.’In onze huizen speelt zich het familieleven af. Het familieleven wordt beïnvloed door wat onze huizen binnenkomt. Het schrijven op de deurposten kunnen we toepassen op het toetsen aan Gods Woord van alles wat we in ons huis toelaten. Zijn het dingen die het familieleven naar Gods gedachten opbouwen of afbreken? Draagt de omgang met elkaar, man en vrouw, ouders en kinderen en kinderen onder elkaar, het stempel van Gods Woord als een eigendomskenmerk? Het ouderlijk gezag, dat altijd gerespecteerd behoort te worden, zal zeker gerespecteerd worden als kinderen zien dat het uitgangspunt liefde tot de Heer is en de wens om aan Hem gehoorzaam te zijn. Omdat de HEERE Eén is, heeft Hij recht op onze ongedeelde toewijding. Al Zijn eigenschappen zijn in volmaakte harmonie met elkaar. Er is geen enkele eigenschap die in strijd is met een van Zijn andere eigenschappen. Hij is volmaakt in liefde en volmaakt in gerechtigheid. Nooit is Zijn liefde in strijd met Zijn gerechtigheid of andersom. Als Hij liefde betoont, doet dat Zijn gerechtigheid nooit geweld aan. Als Hij gerechtigheid oefent, stelt dat Zijn liefde nooit terzijde. In al Zijn handelen wordt aan elke eigenschap van Hem volmaakt beantwoord.
Copyright information for
DutKingComments