‏ Esther 2:16

Esther wordt koningin

Als Esther aan de beurt is om bij de koning te komen, maakt ze geen gebruik van haar vrijheid om alles mee te nemen wat ze maar wenst (Es 2:13). Ze zal van slechts één gedachte vervuld zijn geweest: ‘Hoe maak ik de beste indruk op de koning?’ Hierbij dringt de gedachte zich aan ons op of wij ook slechts met één vraag bezig zijn: ‘Hoe ben en leef ik het meest tot eer van mijn Heer en Heiland?’

Hoewel Esther volledig vrij is in de keus van haar kleding en versieringen, besluit ze toch alleen mee te nemen wat door Hegai tegen haar wordt gezegd (Es 2:15). We zien hier weer, zoals eerder ten opzichte van Mordechai (Es 2:10), haar overgave aan iemand van wie zij afhankelijk is. Het is een vrijwillige overgave.

Voor ons geldt dat wij ons helemaal overgeven aan wat de Heilige Geest ons uit Gods Woord duidelijk maakt hoe wij God kunnen behagen. Esther vertrouwt zich toe aan iemand van wie ze weet dat hij het beste met haar voor heeft en beter weet dan zij wat goed is voor haar verblijf bij de koning. Die houding van ingetogenheid en onderdanigheid is een sieraad (vgl. 1Pt 3:3-5), waardoor ze “genade verwierf in de ogen van ieder die haar zag”.

Dat ze niets anders wil meenemen dan wat Hegai tegen haar zegt, is haar eigen keus. Tot nu toe is door anderen over haar beslist. Er is een macht die het gebeuren leidt, maar er is ook een eigen handelen. In Es 2:16 wordt weer met haar gehandeld. Ze wordt meegenomen naar de koning. Dat is geen keus, dat gebeurt met haar.

Het onderscheid met de andere meisjes blijkt ook nog uit het feit dat alleen haar ontmoeting met de koning gedateerd is. Dat toont mede haar bijzondere verheffing boven de massa aan. De ontmoeting met de koning vindt plaats in het “zevende regeringsjaar” van koning Ahasveros, wat wil zeggen vier jaar na de afzetting van Vasthi.

Dat zij Hegai volledig vertrouwt, heeft tot resultaat dat de koning haar verkiest boven alle andere meisjes (Es 2:17). God heeft Esther mooi gemaakt, haar schoonheid komt van Hem en Hij bestuurt dat de koning haar uitkiest. Zonder enig verlangen van de kant van Esther wordt zij de lievelingsvrouw van de koning. We zien hier dat Gods uitverkiezing losstaat van enige vraag van de kant van de mens.

De keus van de koning wordt op veelzijdige wijze toegelicht:

1. Zijn liefde voor Esther is groter dan voor alle andere vrouwen.

2. Zij verwerft bij hem meer genade en gunst dan alle andere meisjes.

3. Hij zet haar de koninklijke diadeem op.

4. Hij maakt haar koningin in de plaats van Vasthi.

Hier wordt Vasthi voor de laatste keer genoemd. Zij verdwijnt uit de geschiedenis. Haar plaats wordt ingenomen door Esther.

De koning organiseert weer een grote maaltijd voor al zijn vorsten en dienaren. Dit keer gaat het niet om het vertonen van zijn heerlijkheid (Es 1:3), maar het tonen van de nieuwe koningin. Deze maaltijd wordt zelfs letterlijk “de maaltijd van Esther” genoemd.

Copyright information for DutKingComments