Exodus 20:15-16

Het achtste gebod

Dit gebod eist eerbied voor de bezittingen van de ander, voor wat de ander van God heeft toevertrouwd gekregen. In plaats van iets te ontvreemden wordt de gelovige opgeroepen aan anderen te geven: “Laat hij die een dief was, niet meer stelen, maar veeleer arbeiden en met zijn handen het goede werken, opdat hij kan meedelen aan hem die gebrek heeft” (Ef 4:28).

Het negende gebod

Hier is sprake van de verschuldigde eerbied voor de ander als persoon. Vals getuigen gebeurt als God niet voor de aandacht staat. In plaats van het spreken van onwaarheid wordt de gelovige voorgehouden dat hij de waarheid spreekt en dingen zegt die de ander opbouwen en niet afbreken: “Legt daarom de leugen af en spreekt [de] waarheid, ieder met zijn naaste, want wij zijn leden van elkaar. … Laat geen vuil woord uit uw mond komen, maar veeleer één dat goed is tot opbouwing waar dat nodig is, opdat het genade geeft aan hen die horen” (Ef 4:25; 29).

Copyright information for DutKingComments