Galatians 5:19-20

De Geest tegenover het vlees

In Gl 5:1 van dit hoofdstuk plaatst Paulus de vrijheid tegenover de slavernij. In Gl 5:13 plaatst hij de vrijheid tegenover de losbandigheid. Nu gaat hij laten zien hoe echte vrijheid beleefd en gemanifesteerd wordt, namelijk in een leven dat door de Geest wordt geleid.

Gl 5:16. Het gedeelte van de Gl 5:16-26 vormt een eenheid. De Geest wordt daarin maar liefst zeven keer genoemd. Gl 5:16 vormt een directe tegenstelling met Gl 5:15. In Gl 5:15 is sprake van elkaar bijten en opeten. Maar, zo zegt Gl 5:16, als je door de Geest wandelt, zullen zulke dingen niet kunnen gebeuren.

“Wandelt door [de] Geest” wil zeggen dat je de bedoelingen van de Geest uitvoert en dat je je beslissingen neemt in het licht van Zijn heiligheid. Het betekent dat je gedrag erop gericht is in je leven Christus te verheerlijken, want daarvoor is de Heilige Geest op aarde gekomen (Jh 16:14). Als je door de Geest wandelt, is het gevolg dat je het vlees de mond snoert en voor dood houdt. Het is immers onmogelijk om Christus voor ogen te hebben en tegelijk te zondigen.

Gl 5:17. Nu heeft de christen twee naturen in zich: het nieuwe leven en het oude leven. Het nieuwe leven wil zich laten leiden door de Geest, het oude leven wil graag aan de begeerten van het vlees voldoen. De Geest en het vlees staan als vijanden tegenover elkaar. Het vlees spant zich in om te verhinderen dat je naar de Geest wandelt en de Geest weerstaat de werking van het vlees om te voorkomen dat het zijn wil uitvoert.

Het vlees is nog altijd in de christen aanwezig, het is niet dood of uitgeroeid. Het vlees “begeert” nog steeds, maar je hoeft er niet meer naar te luisteren. God had bij onze bekering het zondige vlees kunnen wegnemen. Toch heeft Hij het in ons gelaten en wel om ons voortdurend te herinneren aan de zwakheid van onszelf en ons door die wetenschap voortdurend afhankelijk te houden van Christus.

Wie wint nu die strijd die zich in jou en mij afspeelt? Hier komt jouw en mijn verantwoordelijkheid om de hoek kijken. Iemand heeft de twee naturen eens vergeleken met twee honden, een witte en een zwarte, die voortdurend met elkaar aan het vechten zijn. ‘Weet je’ zo zei hij, ‘wie het nu wint? Dat is de hond aan wie ik voedsel geef!’

Je beseft best wel dat de Geest geen kans krijgt je leven te leiden als je bijvoorbeeld naar slechte films op de tv of internet kijkt, of als je smerige lectuur leest, of als je in onvrede met je omgeving leeft. Dan geef je voedsel aan ‘de zwarte hond’. Als je de dingen zoekt “die boven zijn, waar Christus is” (Ko 3:1), als je erop uit bent meer van Hem te leren kennen door de Bijbel te lezen en goede boeken die over Christus gaan, ja, dan geef je voedsel aan ‘de witte hond’.

Feitelijk is het een strijd die jijzelf niet hoeft te strijden. Het is jouw zaak je te laten leiden door de Heilige Geest. Die leiding door de Heilige Geest is niet een zaak die alleen geldt bij bepaalde gelegenheden, bijvoorbeeld in de samenkomsten van de gemeente. Nee, het is een zaak voor het leven van elke dag. Het is ook niet een zaak voor ‘vergevorderde’ christenen. Nee, het is een zaak voor iedere christen, want iedere christen heeft nadat hij het evangelie van zijn behoudenis (1Ko 15:1-4) heeft geloofd, de Heilige Geest ontvangen (Ef 1:13).

Gl 5:18. Wie zich door de Geest laat leiden, wordt uitgetild boven het bezig zijn met zichzelf, met de wet en met het vlees, en is bezig met Christus. Wie zich door de Geest laat leiden, heeft de wet niet als leefregel of als middel om daardoor gerechtvaardigd te worden.

Het is opmerkelijk om te zien dat het lijkt alsof Paulus de wet en het vlees steeds door elkaar heen gebruikt. Paulus heeft in deze brief ook duidelijk aangetoond dat de wet gegeven is aan een volk in het vlees, Israël, dat meende aan Gods wet te kunnen voldoen. De wet is gegeven om te bewijzen dat het vlees zich niet aan de wet van God onderwerpt (Rm 8:7).

Gl 5:19-21. De wet maakt duidelijk wat de werken van het vlees zijn. Het is het hele handelen van de mens die zich niet door de Geest van God laat leiden. Dat geldt uiteraard voor mensen die niet wedergeboren zijn. Het geldt echter ook voor mensen die dat wel zijn, maar die zich in plaats van door de Geest te laten leiden door het vlees laten leiden.

Paulus somt een aantal werken van het vlees op. Deze lijst is niet volledig. In Mattheüs 15 en Romeinen 1, om maar enkele andere plaatsen te noemen, worden nog andere werken van het vlees genoemd (Mt 15:19; Rm 1:29-31). Het is best mogelijk dat Paulus deze zonden noemt omdat juist die onder de Galatische christenen voorkomen.

Liefst vijftien of zestien werken van het vlees – het hangt ervan af of ‘moorden’ ook in de tekst moet worden opgenomen – laat Paulus de revue passeren. De eerste drie zonden zijn seksuele zonden. “Hoererij” is verboden seksuele omgang. Dat betreft niet alleen geslachtsgemeenschap, maar alle seksuele bezigheden – ook in de gedachten! – buiten het huwelijk en vóór het huwelijk. “Onreinheid” ziet op het omgaan met seksualiteit op een vuile manier in gedachten, woorden, daden en begeerten en dat kan ook in het huwelijk gebeuren. “Losbandigheid” is het schaamteloze gedrag in seksuele dingen, zonder remmingen en zonder erom te geven wat anderen ervan vinden. Ook dit kan binnen het huwelijk plaatsvinden.

Afgodendienst en toverij horen bij elkaar als zonden die direct tegen God worden begaan door Hem in Zijn exclusieve rechten te miskennen. De overige werken van het vlees zijn zonden die mijn medemens of medegelovige aangaan.

Wie zulke dingen als levenspraktijk hanteert – dat is wat anders dan per ongeluk een keer in een van deze dingen vallen –, heeft geen deel aan Christus en staat buiten Gods koninkrijk.

Lees nog eens Galaten 5:16-21.

Verwerking: Wat ervaar jij van de strijd van Gl 5:17?

Copyright information for DutKingComments