Genesis 24:67

Izak en Rebekka

Van de eigenlijke reis wordt niets vermeld. Het hart van Rebekka is vol van haar bruidegom. Het hart van Izak is vol van zijn bruid. Izak is bij de put Lachai-Roï, daar woont hij. Als Rebekka hoort wie hij is, bedekt ze zich met een sluier. Dat is niet om niet door andere mannen gezien te worden, maar om alleen voor hem te zijn. Het lange haar van de vrouw, dat een sluier wordt genoemd (1Ko 11:15), is een treffende uitdrukking van de toewijding van de gemeente, de bruid, aan de Heer Jezus, de Bruidegom.

Dan brengt Izak haar in de tent van zijn moeder Sara en trouwt met haar. Hier is voor de tweede keer sprake van ‘liefde’ in de Bijbel. De eerste keer betreft het de liefde tussen Abraham en Izak, een beeld van de Vader en de Zoon (Gn 22:2). Hier betreft het de liefde tussen Izak en Rebekka, een beeld van de liefde tussen de Heer Jezus en de gemeente. Sara wordt vervangen door Rebekka; zo is de gemeente in de plaats gekomen voor Israël.

Het gaat hier niet om de opname van de gemeente om bij de Heer Jezus te zijn. De plaats van vereniging is hier een tent. Dat spreekt van vreemdelingschap. Het beeld dat we voor ons hebben, is het verlangen van de Vader en de Heilige Geest om op aarde al te bewerken dat de gemeente haar een en al vindt in de Zoon en dat zij nu al gemeenschap met Hem wil hebben, tot een vreugde voor Zijn hart.

Copyright information for DutKingComments