Genesis 7:1

Noach moet allen in de ark brengen

Noach heeft de ark gereedgemaakt. In Hebreeën 11 staat dat hij dat doet “door [het] geloof …, toen hij een Goddelijke aanwijzing ontvangen had over de dingen die nog niet gezien werden” (Hb 11:7). Hij doet het “eerbiedig”, uit eerbied voor wat God heeft gezegd. En hij doet het “tot behoudenis van zijn huis”. God wil gezinnen redden.

Wat is de verantwoordelijkheid van het hoofd van het gezin groot om met de Heer te leven, zodat hij ‘Goddelijke aanwijzingen’ kan ontvangen om de ark te bouwen. Waar bouw ik als gezinshoofd aan? Waar ben ik als gezinshoofd mee bezig?

Het moet voor de mensen van zijn tijd een dwaze bezigheid zijn geweest. Daar zien ze een man een enorm schip bouwen, midden op het land, zonder water in de buurt. Ze zien hem echter niet alleen, ze horen hem ook. Noach is “een prediker van [de] gerechtigheid” (2Pt 2:5), zo wordt hij genoemd. Terwijl hij aan de ark timmert, waarschuwt hij de mensen voor het komende oordeel en nodigt hen uit om in de ark te komen. Daarmee is hij honderdtwintig jaar bezig (Gn 6:3).

Maar ze geloven niet. Ze gaan door met het alledaagse leven. Naarmate de tijd verstrijkt, zijn ze harder gaan lachen en bespotten ze Noach. Zo is het ook nu: “Weet dit eerst, dat er in [het] laatst van de dagen spotters met spotternij zullen komen, die naar hun eigen begeerten wandelen en zeggen: Waar is de belofte van Zijn komst? Want sinds de vaderen zijn ontslapen, blijft alles zó [als] van [het] begin van [de] schepping. Want moedwillig is hun dit onbekend, dat door het Woord van God [de] hemelen van oudsher waren en een aarde bestaande uit water en door water, waardoor de toenmalige wereld, door water overstroomd, vergaan is” (2Pt 3:3-6).

De mensen spotten ook vandaag als ze over het komende oordeel horen. Ben ik als Noach ook een prediker van de gerechtigheid, ofwel van het rechtvaardig oordeel van God? Het oordeel staat opnieuw op het punt los te barsten. God zal daarbij de wereld niet meer door water doen vergaan, maar door vuur (2Pt 3:7).

Als de ark klaar is, gebiedt de HEERE Noach en zijn huis in de ark te gaan en ook van de dieren mee te nemen. Het valt op dat er bij de dieren een verschil wordt gemaakt tussen reine en onreine dieren. Het is de eerste keer dat dit verschil wordt genoemd. Van de reine dieren neemt hij er meer mee. Dat is om daarvan te kunnen offeren (Gn 8:20).

Copyright information for DutKingComments