Habakkuk 3:11
Gods macht over zon en maan
Zon en maan zijn de voortdurende en onaantastbare symbolen van de geschapen orde in de schepping. Maar zij houden op met hun functie bij het zien van Gods majesteit en staken hun eeuwenlange loop. Hun licht treedt terug, zij trekken hun glans in bij het zien van de alles te boven gaande lichtglans van Gods majesteit. Hun licht is overbodig bij het licht van Gods pijlen en de gloed van Zijn glinsterende speer (vgl. Js 60:19). Het ligt niet voor de hand dat hier wordt verwezen naar het wonder in Gibeon bij de verovering van het land, waar Jozua de zon en de maan gebiedt om stil te staan (Jz 10:12). Daar zijn ze blijven schijnen, terwijl het hier gaat om het intrekken van hun glans uit eerbied voor Gods majesteitelijke verschijning die hun glans ver overtreft. Gods pijlen en speer zijn schiet- en werpwapens die Hij tegen de vijand gebruikt als middelen om Zijn toorn te uiten. Misschien kunnen we hierbij denken aan bliksemstralen die van Gods troon uitgaan en de mensen verschrikken. Mensen hebben daar geen vat op. Angst overvalt hen als ze door bliksemflitsen worden omgeven.
Copyright information for
DutKingComments