Haggai 1:6

Veel werk, tegenvallend resultaat

Om hen bij hun zelfonderzoek te helpen wijst de HEERE op hun activiteiten en wat die opleveren. Ze worden opgeroepen de resultaten van hun werk te bekijken en aan de hand daarvan hun daden te beoordelen. Als ze dat eerlijk doen, zullen ze moeten vaststellen dat al hun verwachtingen teleurstellen. Hun inspanningen brengen verlies in plaats van winst. De armoede die ze hebben gemeend te voorkomen door zich voor hun eigen huizen in te zetten, hebben ze zich juist op de hals gehaald. Dat moet hen tot nadenken stemmen en tot inkeer brengen.

De HEERE noemt enkele activiteiten en wat die opleveren:

1. Ze hebben veel gezaaid. Dat hebben ze ongetwijfeld gedaan omdat ze een grote oogst wilden hebben. Maar de opbrengst valt vies tegen (Lv 26:26; Hs 4:10; Mi 6:14). Zo kan er veel geestelijke activiteit zijn, maar als die niet gebeurt vanuit een levende relatie met de Heer, is er geen geestelijke vrucht.

2. Eten doen ze genoeg, maar het hongergevoel blijft. Zo kan iemand veel lezen en luisteren naar Gods Woord, maar als het alleen een kwestie van het verstand is en Gods Woord niet ter harte wordt genomen, geeft het geen voldoening voor het hart.

3. Ze drinken wel wijn, maar ze worden er niet vrolijk door. Wijn is een beeld van vreugde in de aardse dingen. Zo is er geen voldoening in het gezins- en familieleven als het leven alleen daaruit bestaat en de Heer Jezus daarin niet de centrale plaats wordt gegeven.

4. De kleding die ze dragen, geeft geen warmte. Zo kan er veel kennis zijn van de positie in Christus, maar als die geen praktische uitwerking heeft, is het gevolg een koude of wettische geest. De Galaten hebben de Heer Jezus Christus aangedaan, maar door het weer invoeren van de wet, is de warmte van de liefde verdwenen (Gl 3:27; Gl 5:14-15).

5. Wie loon voor zijn werk krijgt, kan er niets van kopen, want het verdwijnt zo weer. Zo gaat het met loon dat mensen van mensen verwachten. Wie werkt om loon van mensen te krijgen, krijgt dat ook, maar zulk loon levert niets op voor de hemel, het verdampt (Mt 6:2; 5; 16).

De algemene les voor ons is dat we kennis van Gods Woord kunnen hebben, zonder dat ons hart erbij betrokken is en zonder dat het ons leven in al zijn facetten beheerst. Het leven van een christen die niet de dingen van God zoekt, is een mager, leeg en armoedig leven. Altijd is bittere teleurstelling het deel van hen die voor zichzelf leven in plaats van op God te vertrouwen.

Hoe vaak wordt de christelijke gemeenschap prijsgegeven, het voorrecht om de dood van de Heer te verkondigen, de ondersteuning van de prediking en de opbouw van de gemeente om een paar euro per maand meer te verdienen? Er wordt verhuisd om ergens anders meer te verdienen, zonder zich af te vragen wat het geestelijk met zich zal meebrengen. Dan hoeft het geen verwondering te wekken dat zowel het maatschappelijke als het geestelijke aspect tegenvalt.

Ook in de kinderen zal worden gezien wat de ouders hebben nagestreefd. Als ze vader of moeder nooit in de Bijbel zien lezen of bidden, zullen de kinderen dat ook niet doen. Is er kritiek op dienaren van God in het bijzijn van de kinderen? Wees dan niet verbaasd als zij met minachting spreken over wie een werk voor de Heer doen. Hoe spreken we over de samenkomsten? Als we bidstonden en bijbelstudies nauwelijks bezoeken, zullen de kinderen dat ook niet doen.

Copyright information for DutKingComments