Hosea 2:1

Nederlands vers (1:12)

Een overblijfsel en het kenmerk ervan

Na het schitterende vergezicht dat in de vorige verzen is ontvouwd, krijgt de profeet de opdracht iets tot een nader omschreven gezelschap te zeggen. Het betreft een woord gesproken tot mensen die door God “uw broeders” en “uw zusters” worden genoemd. God ziet deze mensen in verbinding met Hosea. Hij beschouwt ze als zijn familie. Niet het hele volk wordt aangesproken, maar die leden ervan die delen in de gevoelens van Hosea ten aanzien van heel Israël en dus ook in de gevoelens van God.

Luisteren naar God, naar wat Hij zegt in Zijn Woord, is het ware kenmerk in die tijd en is het ware kenmerk nu van iedereen die Hij erkent als een lid van Zijn ‘familie’. Op dezelfde wijze spreekt de Heer Jezus als Hij hen die de wil van Zijn Vader doen, Zijn broeders en zusters noemt (Mt 12:48-50).

Het gaat hier om wat genoemd kan worden ‘een overblijfsel’ dat door het hart van God wordt erkend. Dat overblijfsel is een voorwerp van barmhartigheid, terwijl de natie als geheel door Hem verworpen moet worden. Dat overblijfsel noemt Hij, nadat Hij Zijn volk een tijdlang Lo-Ammi, niet Mijn volk, heeft moeten noemen, nu weer “Ammi”, Mijn volk. Datzelfde volk heeft Hij Lo-Ruchama, die geen ontferming heeft gekregen, moeten noemen. Maar nu noemt Hij het weer “Ruchama”, die ontferming heeft gekregen.

Ook vandaag, te midden van een christenheid waar voor de Christus van de Schriften geen plaats is en het Woord van God van alle kanten wordt aangevallen, is liefde voor de Heer Jezus het eenvoudige kenmerk van iemand die trouw wil zijn. Die liefde wordt zichtbaar in de gehoorzaamheid aan het Woord van God.

Inleiding

Dit hoofdstuk heeft hetzelfde thema als het vorige. Ook in dit hoofdstuk wordt Israël voorgesteld als een hoererende vrouw. Het verschil met Hosea 1 is dat het hier niet over het huwelijk van Hosea gaat, maar dat de ontrouw van Israël hier nader wordt beschreven.

God roept Hosea op om Zijn volk als een ontuchtige vrouw aan te klagen. Zij heeft zich schuldig gemaakt aan de grofste ontrouw tegenover God door bij de volken haar voordeel te zoeken. Zij is vergeten dat alle zegen alleen van God komt. Daarom brengt God haar in de eenzaamheid van de woestijn. Daar spreekt Hij tot haar hart. Zijn genade bewerkt een terugkeer van het volk dat Hij weer ‘Mijn volk’ zal noemen. Zo wil God ook in ons leven werken als wij Hem vergeten.

Copyright information for DutKingComments