Isaiah 15:1

Inleiding

Jesaja 15-16 vormen een geheel en bevatten “de last over Moab” (Js 15:1). Een vollediger beschrijving van het oordeel over Moab lezen we in Jeremia 48. Daar zien we dat er voor Moab in de eindtijd toch een herstel is (Jr 48:47). Opmerkelijk daarbij is dat de zinnen in Jeremia veelal gelijk zijn aan de zinnen in Jesaja. Jeremia kent en maakt gebruik van het boek Jesaja. Dit betekent niet dat hij overschrijft, maar dat hij wordt geleid door de Geest om het op dezelfde wijze weer te geven.

Moab ligt ten oosten van de Dode Zee en de Jordaan. Het komt overeen met het tegenwoordige Jordanië. Het is een aan Israël verwant volk, want Lot, de stamvader van Moab, is een neef van Abraham (Gn 12:5). Moab vindt zijn oorsprong in de incest die Lot met zijn oudste dochter pleegt (Gn 19:37). Moab heeft zich steeds vijandig tegenover Israël gedragen. Zo hebben ze eens een goddeloze profeet gehuurd om Israël te vervloeken (Nm 22:4-6). Ook hebben tijdens de woestijnreis van Israël Moabitische vrouwen de mannen van Israël verleid (Nm 31:15-17). In de tijd van de richters heeft Moab Israël achttien jaar lang onderdrukt (Ri 3:12-14).

In hun verwantschap met Gods volk stelt Moab christenen voor die met de mond belijden dat zij christen zijn, maar zich niet hebben bekeerd en geen leven uit God hebben. Zulke christenen, ook wel naamchristenen genoemd, zullen altijd de ware christen vervolgen (vgl. Gl 4:29), hoewel ze zich soms vriendelijk kunnen voordoen.

De beschrijving van “de last over Moab” heeft in poëtisch opzicht een bijzondere stijl. De geïnspireerde dichter-profeet stelt ons in beeldende taal het oordeel over Moab voor, waarbij hij in zijn beeldende taal vaak in korte zinnen de situatie schetst. Daarbij beschrijft hij niet alleen de situatie op een manier dat we die als het ware met onze ogen waarnemen, maar hij spreekt ook onze gevoelens aan. Het hart van de lezer wordt diep getroffen door het angstige gehuil van hen die beroofd en op de vlucht zijn.

We worden herinnerd aan de rechtvaardigheid van het oordeel. De Godvrezende moet altijd aan de kant van God staan als Hij Zijn oordelen in gerechtigheid uitoefent. De lezer wordt echter niet verboden om te rouwen over de gevolgen van de zonden van de mensen. We zien hier dan ook dat de geïnspireerde bladzijde nat is van de tranen van de profeet. Jeremia huilt over Juda (Jr 9:1), maar Jesaja over Moab! De reden ervan is dat het gelovig overblijfsel van Israël tijdens de grote verdrukking zal vluchten naar Moab (Js 16:4).

De profetie over Moab bestaat uit drie delen, met een opschrift (Js 15:1a) en een naschrift (Js 16:13-14). Het eerste deel (Js 15:1b-9) en derde deel (Js 16:6-12) vormen een klaaglied over Moab; het middelste tweede deel is een oproep aan Moab en, tot onze verrassing, ook aan Juda.

Verwoesting van Moab

Zoals steeds in de profetie stelt Jesaja een gebeurtenis die in de toekomst zal plaatsvinden, voor alsof die in het heden plaatsvindt. Hij ziet hoe in de nacht Moab is verwoest, ongezien, plotseling en snel (Js 15:1). “Ar-Moab” is de hoofdstad van Moab; “Kir-Moab” is de burcht vlak bij deze stad. Beide hebben geen enkele bescherming kunnen bieden, maar worden in één nacht verwoest.

De vijand is Assyrië die zowel in de dagen van Jesaja als in de verre toekomst Moab zal verwoesten. Na Filistea is Moab aan de beurt om door de invasie van de koning van het noorden verdelgd te worden.

Copyright information for DutKingComments