Isaiah 2:22

Zie af van de mens

De profeet roept hun toe dat ze toch van de mens afzien, dat ze niet langer op hem vertrouwen (Ps 118:8-9). Wie is immers de mens, dat nietige wezen, tegenover de Almachtige (Ps 104:29)?

Met “de mens” wordt hier in het bijzonder ‘de mens van de zonde’ bedoeld, dat is de mens die als God wil zijn (2Th 2:4b), de antichrist, de valse messias. Na zijn buitengewone misleiding door het uitoefenen van kracht en tekenen en wonderen van de leugen zal hij bij de komst van de Heer Jezus door Hem worden tenietgedaan (2Th 2:3; 8-9). Zijn verdorvenheid is zo overduidelijk, dat hij zonder vorm van proces levend in de hel wordt geworpen (Op 19:20).

Samenvattend kunnen we zeggen dat de zonde van afgoderij – de mens die als God wil zijn – het gevolg en de climax, weergegeven in het getal zeshonderdzesenzestig (Op 13:18), is van de trots en hoogmoed van de mens.

Copyright information for DutKingComments