Isaiah 21:13

Last over Arabië

Het woord “Arabië” (Js 21:13) is verwant met het woord ‘nacht’ (“overnachten”). Het ‘overnachten’ slaat op het feit dat de Arabieren zullen vluchten voor de vijand. Dat zij niet moeten overnachten op de normale karavaanroutes, maar in het (wilde) woud waar geen oases zijn, onderstreept deze gedachte.

De Dedanieten zijn een handeldrijvende Arabische stam uit het zuiden van Arabië. Handeldrijven houdt in dat ze reizigers zijn met karavanen die hun handelswaar vervoeren naar verre oorden. Het zijn afstammelingen van Abraham en Ketura (Gn 25:1-3). Tema ligt in het noordwesten van Arabië. Jesaja roept de Temanieten op de vluchtelingen aan water en brood te helpen (Js 21:14). De Dedanieten zijn op de vlucht voor het zwaard van de koning van Assyrië (Js 21:15). Nu moeten ze overnachten bij de Temanieten, een Ismaëlitische stam, nakomelingen van Abraham en Hagar (Gn 25:12; 15).

De Arabieren zijn dan wel aan een onmiddellijk gevaar ontkomen door te vluchten, maar vrij spoedig hierna zullen ze toch door een grote ramp worden getroffen. De tijd wordt weer precies vastgesteld (Js 21:16; vgl. Js 16:14). Kedar ligt in het noorden van Arabië. Het is bekend om zijn mooie zwarte tenten (Hl 1:5; vgl. Jr 49:28-29). Van die schoonheid zal net als van deze Arabische stammen niet veel overblijven (Js 21:17).

Copyright information for DutKingComments