Isaiah 49:23

Wie de HEERE verwachten

Vanaf Js 49:22 tot het eind van het hoofdstuk geeft de HEERE antwoord op de verbaasde vragen die bij Sion zijn opgekomen in het vorige vers. Hij laat zien hoe de menigten verstrooide Israëlieten zullen worden bevrijd uit hun ballingschap en van hen die hen onderdrukten en hoe Hij hen in hun land zal brengen. Het kan hier niet gaan om de terugkeer van een klein overblijfsel uit de Babylonische ballingschap. Ook gaat het niet alleen over een uiterlijke terugkeer naar het land, maar ook over een innerlijke omkeer tot de HEERE door geloof in de Verlosser. Wat hier wordt beschreven, zal in de eindtijd plaatsvinden.

De HEERE zal heidense naties gebruiken om deel te nemen in het ten uitvoer brengen van deze verzameling van Zijn volk. Daartoe zal Hij Zijn hand opheffen (Js 49:22). Het opheffen van de hand veronderstelt een bepaald teken waardoor de volken weten wat ze moeten doen. Het verheffen van een banier komt vaker voor in Jesaja (Js 5:26; Js 11:10; 12; Js 18:3; Js 62:10). Het heeft met strijd te maken. Als Hij Zijn banier omhoogsteekt, gaat het om een strijd waarmee Hij te maken heeft en staat tegelijk de uitkomst vast.

De heidenvolken zullen de zonen en dochters in hun armen en op hun schouders terugbrengen. Koningen en vorstinnen zullen zich toewijden aan de zorg voor Gods volk (Js 49:23). Zij die zelf voorwerpen van eerbetoon zijn, zullen dit volk hun eer betonen. Ze zullen zich daarbij niet als grootmoedige weldoeners opstellen, maar zich aan dit volk onderwerpen tot in het stof, wat een totale omkering van de situatie zal zijn. Tot deze dienst van het reinigen van de voeten zullen zij worden gedwongen. Voor ons geldt dat we het voorbeeld van de voetwassing door de Heer Jezus navolgen en elkaar de voeten wassen zoals Hij dat bij Zijn discipelen heeft gedaan (Jh 13:1-17). Het betekent dat wij elkaar in nederigheid zullen dienen.

Vroeger hebben de machthebbers van de wereld dit volk tot in het stof vernederd, maar nu zijn zij vernederd tot in het stof (Mi 7:17). Zo diep zullen de vijanden zich ook bukken voor de Messias (Ps 72:9), waardoor weer blijkt hoezeer het volk met zijn Messias is verbonden. Israël had een zegen moeten zijn voor de volken. Als ze dat uiteindelijk zullen zijn, zullen de heidenvolken door de HEERE worden gebruikt om Israël te zegenen.

In dit alles zal Sion de HEERE en Zijn wegen erkennen. Ze zullen de geweldige vertroosting ontdekken dat zij die de HEERE verwachten, niet beschaamd worden. Dit is meer negatief, terwijl Jesaja 40 meer positief is, waar aan verwachten ‘kracht’ wordt gekoppeld (Js 40:31). Hier gaat het om de oefening van het geduld, het volharden te midden van moeilijkheden en tegenstand, tot de tijd van de HEERE om te bevrijden is gekomen.

We verwachten het voor nu van Hem in het gebed. We wachten op Hem voor de toekomst. Daarbij mogen we het zekere vertrouwen hebben dat de huidige omstandigheden van beproeving en verdriet zullen veranderen in blijdschap en gekenmerkt zullen zijn door vrede. Deze verandering kan alleen plaatsvinden door de directe en openbare tussenkomst van de Heer Zelf.

Copyright information for DutKingComments