Isaiah 55:12

Vreugde, vrede en welvaart

In Js 55:12 past de HEERE genadig de beginselen die verband houden met Zijn Woord toe op de belofte van de onuitsprekelijke zegen voor Israël in de komende dag. Hij maakt Zijn Woord waar aan een overblijfsel naar de verkiezing van de genade dat Hij zal terugbrengen naar het land. Dit zal plaatsvinden als de “tijden van [de] volken” (Lk 21:24) voorbij zijn. Alle activiteiten van het leven zullen door dit overblijfsel zonder vreesachtige haast in vrede worden uitgevoerd. Ze zullen zich nooit meer een weg hoeven te banen door vijandelijke legers heen of voor hen op de vlucht slaan.

Niet alleen de mensheid, ook de natuur zal in harmonie met Gods voornemens van genade zijn gebracht. Er zal een overeenstemming zijn tussen de natuur die juicht (Ps 98:8) en de harten van Gods verlosten die jubelen. In plaats van die jubel zucht de schepping nu nog vanwege de vloek die door de zonde over haar is gekomen (Rm 8:22). Wat aan de zonde herinnert, de “doornstruik” en de “distel” die het gevolg zijn van de zondeval van de mens (Gn 3:18), zal plaatsmaken voor de machtige, onvergankelijke cipres en de nederige, zoetgeurende, altijdgroene mirt (Js 55:13). Deze bomen zullen een gedachtenis vormen aan al de goedheid van de HEERE. Het geheel van het vrederijk zal een eeuwige gedachtenis aan de HEERE zijn. Zijn heerlijkheid en Zijn kenmerken en handelingen van genade en kracht vormen de zegen van het vrederijk.

Copyright information for DutKingComments