Isaiah 63:10

Leiding van de HEERE

Het bedroeven van de Heilige Geest is een zonde waarvoor ook wij worden gewaarschuwd (Js 63:10; Ef 4:30). Het is een van de bewijzen dat de Heilige Geest niet slechts een kracht is, want die kun je niet bedroeven, maar een Persoon, want alleen een persoon kan bedroefd worden.

De naam “Heilige Geest” komt in het Oude Testament slechts drie keer voor, terwijl die Naam in het Nieuwe Testament juist vaak voorkomt. Daarom is het opmerkelijk dat in deze enkele verzen die Naam twee keer voorkomt. [De derde keer is in Psalm 51 (Ps 51:13)]. Hierdoor weet ook de oudtestamentische gelovige van het bestaan en het werk van de Heilige Geest en wij kunnen er ook veel van leren.

Elke zonde bedroeft de Heilige Geest. Het volk zou niet liegen (Js 63:8), het zou niet ontrouw worden. Helaas, Js 63:10 laat zien dat het tegendeel gebeurt en dat het volk daarin volhardt. Dat kan de HEERE niet gelaten aanzien. Zijn houding ten opzichte van hen moet daardoor veranderen van een liefdevolle verzorger die het voor hen opneemt, in een vijand die tegen hen strijdt.

Toch is Hij steeds met Zijn Heilige Geest in hun midden ten goede voor hen werkzaam geweest. Daaraan herinnert Jesaja het volk (Js 63:11-14). Deze verzen stellen de andere kant van Gods handelingen voor en wel Zijn barmhartigheid voor hen ten tijde van de verlossing uit Egypte en het geven van rust aan hen, zodat Zijn Naam “luisterrijk” wordt. Aan die luisterrijke Naam herinnert Jesaja de HEERE aan het eind van Js 63:14, wat de inleiding vormt op het gebed dat volgt.

Jesaja vraagt waar de HEERE is, Die Zijn herders, Mozes en Aäron, aan het hoofd van het volk door de Schelfzee heen heeft gevoerd (Js 63:11b). Het doet denken aan de Heer Jezus Die als Degene Die uit de doden is teruggebracht “de grote Herder van de schapen” (Hb 13:20) wordt genoemd. Dit is wat in beeld in de Schelfzee wordt voorgesteld en waar Mozes een type is van de Heer Jezus als de Herder van Zijn volk.

Hierna volgt een verwijzing naar de Heilige Geest, wat ook al zo nieuwtestamentisch klinkt, want na de verlossing uit de macht van de zonde en het aannemen van het evangelie komt de Heilige Geest in de gelovige wonen (Ef 1:13). In het Oude Testament woont de Heilige Geest niet in de gelovige, maar Hij werkt in hem. Pas na de dood, opstanding en verheerlijking van de Heer Jezus is de Heilige Geest op aarde komen wonen, in de gemeente en in de gelovige als lid van de gemeente.

Copyright information for DutKingComments