Isaiah 66:18-19

Een offer voor de HEERE

Bij wijze van contrast wendt de profetie zich weer tot de toekomst van Israël en de gunstige behandeling van hen door de heidenen in het vrederijk. De verklaring dat de HEERE hun werken en hun gedachten kent, vormt een overgang van de afvalligen in Js 66:17 naar het verloste volk en de manier waarop de heidenvolken hen zullen ondersteunen. Alle volken en talen zullen vergaderd worden naar Israël en daar zullen zij de heerlijkheid van de HEERE zien (Js 66:18; Mt 25:31-33).

Met dit doel zal de HEERE een teken onder hen stellen en dat voor het herstel van Zijn volk in ver afgelegen plaatsen. Wat dit teken is, wordt niet meegedeeld. Het meest voor de hand liggend is dat dit teken het teken van de Zoon des mensen is (Mt 24:30). Misschien kunnen we ook denken aan een bepaalde vorm van een bovennatuurlijk ingrijpen in het wereldgebeuren door de vijanden van Israël te oordelen, zoals Hij dat ook gedaan heeft door middel van de tien plagen bij de bevrijding van Zijn volk uit Egypte (Ex 10:2; Ps 78:43; Ps 105:27). Het is een teken dat niet mis te verstaan zal zijn.

De HEERE maakt hier in elk geval duidelijk dat Hij de ontkomenen bij hun terugkeer als boodschappers zal uitzenden naar de volken vanwaar ze zijn gekomen (Js 66:19). Ze zullen naar alle delen van de wereld gaan, naar volken die de tijding over Hem niet hebben gehoord en Zijn heerlijkheid niet hebben gezien, opdat zij Zijn heerlijkheid over de hele aarde bekendmaken. Hij stuurt Zijn boodschappers naar Tarsis in het westen, naar Pul en Lud in het zuiden, naar Tubal en Javan in het noorden, en naar de verafgelegen kustlanden, mogelijk in het oosten.

Als gevolg daarvan zullen velen van deze volken veinzend hulde brengen aan de HEERE (Ps 66:3b; Mi 7:16-17). De heidenvolken zullen de Israëlieten “uit alle heidenvolken brengen [als] graanoffer aan de HEERE” (Js 66:20; vgl. Rm 15:16). Zij zullen gebracht worden naar Zijn heilige berg Jeruzalem, precies zoals de kinderen Israëls gewend waren hun offers in reine vaten naar het huis van de HEERE te brengen. Gods volk komt uit de volken naar Jeruzalem met een grote verscheidenheid aan vervoermiddelen, waarbij we nu ook kunnen denken aan de huidige moderne en snelle middelen van vervoer, waaronder het vliegtuig (vgl. Js 60:8).

Het volk dat komt, lijkt op rein vaatwerk. Ze zijn gereinigd van hun zonden en gebracht tot een wandel in de wegen van de HEERE. Zo zal Hij er uit hen als priesters en Levieten kunnen nemen (Js 66:21), zoals God Zijn volk bedoeld had bij de uittocht uit Egypte (Ex 19:6a).

Copyright information for DutKingComments