Jeremiah 50:3

Inleiding

Aan “het woord … tegen Babel” (Jr 50:1) worden twee lange hoofdstukken gewijd. In Jeremia 46-49 zien we dat Babel de tuchtroede in de hand van God is om andere volken te tuchtigen. Nu komt Gods oordeel over deze roede (vgl. Js 10:5-19). Dit oordeel komt daarover omdat de tuchtroede nog slechter is dan Israël zelf. God tuchtigt Zijn kinderen omdat Hij hen liefheeft. Als de roede verder gaat dan Gods bedoeling is, moet God de roede oordelen. God neemt het Babel kwalijk dat zij het oordeel over Jeruzalem hebben uitgevoerd op een wijze die Hij niet heeft voorgeschreven (vgl. Hk 1:13).

We hebben ook hier de dubbele laag. Babel wordt geoordeeld door de Meden en Perzen (Dn 5:28-30). De Meden en Perzen zijn de roede van God voor Babel. Babel is ook de grote Godvijandige macht in de eindtijd, daar voorgesteld in het herstelde Romeinse rijk. We weten dat omdat het oordeel over Babel wordt verbonden aan het herstel van Israël in de eindtijd, wanneer de twee en de tien stammen terug zijn in het land.

Het woord tegen Babel

Jeremia spreekt nu, in opdracht van de HEERE, onbevreesd het woord tegen het machtige Babel (Jr 50:1; Jr 25:26; Jr 27:7). Dit woord beslaat twee lange hoofdstukken. Jeremia laat de aankondiging van het oordeel over Babel horen onder de heidenvolken die ook hebben geleden onder het juk van Babel (Jr 50:2). De bevrijding van dat juk komt, ze mogen de vlag hijsen en zeggen dat Babel is ingenomen. Daarmee zijn ook zijn oppergod Bel en andere afgoden hun macht kwijt. Spottend en scherp noemt Jeremia deze goden “stinkgoden”. Je knijpt er de neus voor dicht.

De vijand die Babel zal verslaan, komt uit het noorden, net zoals Babel zelf een vijand voor Israël is die uit het noorden komt (Jr 50:3). De vijand voor Babel zijn de Meden en Perzen. Zij verslaan Babel en maken van het land een woestenij, waaruit alle leven wegvlucht. De eindvervulling hiervan ligt in de toekomst.

Copyright information for DutKingComments