Jeremiah 7:27

Ontvangst van de boodschap van Jeremia

De HEERE geeft Jeremia de opdracht om alles wat Hij tegen hem zegt tot het volk te spreken, met daarbij de onthutsende mededeling dat het volk niet zal luisteren (Jr 7:27; vgl. Js 6:9-10). Wat een volharding en troost heeft Jeremia nodig gehad om het bijltje er niet bij neer te gooien! Stel je eens een dienst voor met de mededeling van de opdrachtgever dat het zinloos is. Welk nut heeft het dan nog? Alleen liefde en waardering voor de Opdrachtgever Zelf en een helder zicht op Zijn belangen kan dan voor de nodige motivatie zorgen.

Jeremia moet niet alleen spreken, hij moet ook roepen. Er zal echter geen antwoord komen. Deze apathie is vreselijk voor iemand die Gods Woord brengt aan een volk dat hij liefheeft en zo graag terug wil brengen aan Gods hart.

Jeremia moet dan ook de conclusie aan het volk voorhouden dat zij niet naar de HEERE luisteren en geen vermaning aanvaarden (Jr 7:28). In het boek Spreuken wordt regelmatig gewezen op de dwaasheid van het verwerpen van vermaning (Sp 1:7; Sp 5:12; Sp 13:18; Sp 15:5; 10; 32). De tucht heeft geen effect gehad. Het is een verschrikkelijke constatering: “de waarheid is vergaan” en komt niet meer over hun lippen. Er is bij hen alleen huichelarij en onoprechtheid. Ze zijn gevangen in de leugen, zonder de wens eruit bevrijd te worden.

Copyright information for DutKingComments