Job 26:6

God heerst over de diepten

Bildad heeft over Gods grootheid in de hoge gesproken, Job doet het hier over Gods grootheid in de diepte. Het ziet op duivelse machten, op de sheol (het dodenrijk) en zijn bewoners (Jb 26:5). Ook de verlorenen zijn onder de macht van God. Wij zien hen niet, ze liggen in het graf, maar zij zijn niet buiten Zijn gezichtsveld (Jb 26:6). Hij ziet hen en kent hen volkomen.

Op Zijn tijd zullen ze sidderend opstaan. Waar ze zich ook maar mogen bevinden, daarvandaan zal Hij hen door Zijn macht tevoorschijn roepen om hen vervolgens te oordelen (Op 20:13). In het dodenrijk regeert niet de satan, maar God (Ps 139:8; Fp 2:10). Alles ligt open voor God, ook het graf, niets is voor Hem verborgen (Jb 26:6; Sp 15:11; Hb 4:13).

Copyright information for DutKingComments