Joel 1:16

Geen blijdschap en vreugde

Het was Gods bedoeling dat Zijn volk zich in Zijn tegenwoordigheid zou verheugen, blij zou zijn. Zo heeft Hij dat, bijvoorbeeld, bij het aanbieden van de eerstelingen gezegd (Dt 26:10-11). Maar in plaats van blijdschap en vreugde is er nu de dreiging van het onheil dat met de komst van de dag van de HEERE zal losbarsten. Ze hebben immers de voorbode daarvan gezien en de gevolgen ervan ondervonden.

Hier maakt de profeet duidelijk waarom hij vreest dat de dag van de HEERE op komst is. De rampen die deze dag begeleiden, zijn immers aanwezig: de oogst en alle groen zijn vernietigd. Ze zijn er getuigen van, ze zien het voor hun ogen, ze kijken er met ontzetting en machteloosheid naar. Als er geen oogst en dus ook geen voedsel meer is, zijn ook blijdschap en vreugde uit het huis van de HEERE verdwenen. Men kan immers geen eerstelingen van de oogst, geen dank- of vredeoffers, en binnenkort, omdat het vee sterft van dorst, ook geen brand- en slachtoffers meer brengen.

Copyright information for DutKingComments