John 12:27-28

Verheerlijking van de Naam van de Vader

Na dit onderwijs naar aanleiding van de vraag van de Grieken spreekt de Heer over wat Hem te wachten staat. Waar Hij zal komen, bij Zijn Vader, is niet Zijn directe doel. Hij is Zich volkomen bewust van wat er eerst nog met Hem zal gebeuren in het lijden dat Hem zal overkomen. Als Hij daaraan denkt, wordt Zijn ziel ontroerd, het grijpt Hem aan. Hij denkt hierbij niet aan het lijden dat Hem van de kant van mensen zal worden aangedaan, maar wat Hij zal moeten lijden van de kant van God vanwege de zonde.

Zal Hij daarom liever aan de Vader vragen om uit dat uur verlost te worden? Nee, want Hij heeft de eer en verheerlijking van de Vader op het oog en Hij weet dat de liefde van de Vader Hem leidt. Hij is immers het Lam van God geworden om de zonde van de wereld weg te nemen (Jh 1:29), want de zonde heeft Zijn Vader zo enorm onteerd. Zijn liefde tot de Vader brengt Hem in dat uur van ongekende nood, opdat God zal worden verheerlijkt in een zondige wereld door het wegnemen van de zonde en opdat zondaren op een rechtvaardige wijze zullen worden gered.

De Zoon richt Zich tot Zijn Vader en vraagt Hem om Zijn Naam als Vader te verheerlijken. Daarvoor is Hij in de allereerste plaats op aarde gekomen. Het antwoord komt onmiddellijk. De stem van de Vader klinkt uit de hemel. De Vader heeft Zijn eigen Naam verheerlijkt in de opwekking van Lazarus – en ook in het hele leven van Zijn Zoon. Hij zal Zijn heerlijke Vadernaam opnieuw verheerlijken in de opwekking van Zijn geliefde Zoon (Rm 6:4) – en ook door het werk van Zijn Zoon op het kruis.

De stem van de Vader is voor het ongeloof onherkenbaar. Als er iets van de Vader door ongelovigen wordt gehoord, speculeert het ongeloof over het geluid. De menigte meent een donderslag te hebben gehoord. Door hen die geen verbinding met God hebben, wordt het spreken van de Vader ervaren als een donderslag. Anderen gaan een stapje verder en menen dat een engel tot Hem heeft gesproken. Zij hebben in elk geval een stem gehoord en zelfs geconcludeerd dat die stem tot Hem was gericht, zonder overigens iets van de woorden te hebben verstaan of begrepen. Toch zijn ook zij ver verwijderd van de waarheid.

De Heer verklaart dat de stem niet voor Hem bedoeld was, maar voor hen. Het is een extra getuigenis geweest voor de menigte van Zijn verbinding met de Vader als zij maar oren zouden hebben gehad om het verstaan.

Copyright information for DutKingComments