John 17:23

Eenheid in de heerlijkheid

Nu gaat de Zoon spreken over de periode na het verblijf van de discipelen in de wereld. Hij denkt aan het moment dat zij bij Hem zullen zijn. Dan zullen ze de heerlijkheid hebben die Hij heeft gekregen. In Zijn gebed zegt Hij dat Hij de heerlijkheid die Hij heeft gekregen van de Vader, nu al aan hen heeft gegeven. Dat is de heerlijkheid die Hij als Mens van de Vader heeft ontvangen als beloning voor Zijn werk. In Zijn grote genade deelt Hij die heerlijkheid met de mensen die de Vader Hem heeft gegeven (Jh 17:6) en aan wie Hij ook al het eeuwige leven heeft gegeven (Jh 17:2). Juist omdat Hij als Mens die heerlijkheid van de Vader heeft gekregen, kan Hij die met mensen delen.

Het gevolg daarvan is dat allen die deze heerlijkheid delen een zijn op dezelfde wijze als de Vader en Hij een zijn. Het betreft ook een heerlijkheid die van de Vader komt, die Hij aan de Zoon heeft gegeven, en die de Zoon vervolgens aan de gelovigen schenkt. Daardoor kan de Heer Jezus zeggen dat het een eenheid is waarbij Hij ook in hen is en waarbij de Vader in Hem is. “Ik in hen en U in Mij” betekent dat de Zoon Zich in de gelovigen openbaart als Hij terugkomt, een openbaring waarbij ook de Vader geopenbaard zal zijn in Hem. Als die situatie is aangebroken, zijn de gelovigen volmaakt tot één geheel geworden. Dit is een derde eenheid, na de eenheid van de apostelen in Jh 17:11 en die van alle gelovigen nu op aarde in Jh 17:21.

In deze toekomstige, volmaakte eenheid is geen falen mogelijk. Als Christus terugkomt met de Zijnen in heerlijkheid, hebben zij dezelfde heerlijkheid als Hij (Fp 3:20-21) en zal de eenheid door de wereld worden gezien. De wereld zal de Vader in de Zoon zien en zij zullen de Zoon zien in de heiligen. Dan zal de wereld erkennen dat de Vader de Zoon heeft gezonden en dat de Vader de gelovigen heeft liefgehad zoals Hij de Zoon heeft liefgehad, want dat is niet te loochenen als de wereld Christus en de Zijnen in heerlijkheid zal zien (2Th 1:10).

De wereld zal ook erkennen dat de Vader ons heeft liefgehad, want het feit dat de gelovigen dezelfde heerlijkheid zullen bezitten als Christus, zal er het bewijs van zijn. Wat de wereld dan zal erkennen, is nu waar. Wat de wereld dan zal zien, wijst terug naar wat Hij en ook zij op aarde waren als voorwerpen van de liefde van de Vader.

Copyright information for DutKingComments