Joshua 23:2

Inleiding

In Jozua 23 en Jozua 24, de laatste twee hoofdstukken van het boek, spreekt de oude Jozua Israël toe. Hij blikt terug op wat de HEERE heeft gedaan om het volk het beloofde land te geven. Vervolgens vertelt hij hun hoe ze van de volle zegen van hun erfdeel kunnen blijven genieten. Dat is ten eerste door zich in alles aan Gods Woord te houden. Dat is ten tweede door zich afgezonderd te houden van de restanten van de volken die nog om hen heen zijn.

Voor ons is dat hetzelfde. Alleen door in alles in gehoorzaamheid naar Gods Woord te luisteren en in alles van de wereld afgezonderd te blijven zullen we kunnen blijven genieten van de geweldige zegeningen die ons in Christus in de hemelse gewesten geschonken zijn.

Jozua 23 en Jozua 24 horen bij elkaar. Het is altijd een indrukwekkend moment als een man Gods aan het einde van zijn leven afscheid neemt. We zien zo’n moment ook bij Mozes (Dt 31:14-30; Dt 32:45-47), bij Samuel (1Sm 12:1-25) en bij Paulus (Hd 20:17-38). De afscheidsrede van Paulus is de enige toespraak in Handelingen tot gelovigen; de andere toespraken zijn allemaal tot ongelovigen. Het zijn de laatste woorden van Paulus tot de oudsten van Efeze.

Jozua is een beeld van de verheerlijkte Heer Die in de Geest nu bij Zijn volk is om het te leiden na de dood van Mozes die een beeld is van de Heer Jezus Die Zijn volk door de woestijn heeft geleid. De Geest woont in alle gelovigen. Maar er is ook sprake van voorgangers in wie de Geest werkt om Gods volk in de hemelse zegeningen in te voeren. De ware voorgangers zijn zij die Gods volk de hemelse zegeningen binnenleiden. Wat leraren vandaag doen, is putten uit wat de eersten die deze zegeningen hebben ontdekt, de apostelen, hebben doorgegeven.

Jozua roept de leiders samen

De uitleg van deze laatste hoofdstukken is niet moeilijk. Het gaat om een tijd dat de leiders en oudsten er niet meer zijn, maar dat het Woord blijft. Voorgangers mogen heengaan, de woorden Gods die zij gesproken hebben, blijven. Ook de Heer Jezus blijft. “Houdt uw voorgangers in herinnering die het Woord van God tot u gesproken hebben, en volgt, terwijl u het einde van hun wandel beschouwt, hun geloof na. Jezus Christus is gisteren en heden Dezelfde en tot in eeuwigheid” (Hb 13:7-8). Wie gelooft, ontbreekt niets.

In Jozua en de oudsten kunnen we de generatie apostelen zien, die de fundamentleggers van de gemeente zijn, en de door hen aangestelde oudsten. Er komt een moment dat Jozua sterft. Daarop volgt een tijd dat de oudsten er nog zijn. Zij vormen als het ware de tweede generatie. Maar ook deze generatie zal sterven. En Jozua laat zien wat er dan zal gebeuren. Het volk zal alleen blijven. Er komt geen nieuwe leider. Ze zullen volkomen moeten vertrouwen op God alleen als hun Leidsman. Dit is ook waar Paulus op wijst in verband met zijn heengaan: “En nu draag ik u op aan God en aan het Woord van Zijn genade, Die machtig is op te bouwen en het erfdeel te geven onder alle geheiligden” (Hd 20:32).

Jozua spreekt eerst tot de oudsten, zoals ook Paulus dat doet. Paulus beveelt hen aan God aan en aan het Woord van Zijn genade. Hij heeft geen opvolger, er komt geen nieuwe generatie apostelen. Maar de genade van God verandert niet, gaat niet voorbij, net zomin als Zijn Woord, dat altijd bij ons blijft evenals de Geest. Daardoor kunnen we het erfdeel onder de geheiligden ontvangen en genieten. Paulus heeft de hemelse zegeningen bekendgemaakt. Paulus is er niet meer, maar wel zijn woorden. Zo heeft ook Jozua alles opgeschreven (Jz 24:26a).

Copyright information for DutKingComments