Judges 3:9

Othniël

Uit deze situatie kan Israël alleen worden bevrijd door een man als Othniël. We hebben hem al ontmoet in Richteren 1 (Ri 1:13-15). Daar komt hij naar voren als een man die trouw is en een overwinnaar binnen de eigen kring. Hij is iemand die belangstelling heeft voor de zegen van God. Hij laat zich aanvuren tot handelen in geloof. Het uitgangspunt van zijn leven is het Woord van God. Hij heeft immers Debir ingenomen (Ri 1:12-13)? Debir betekent ‘spreken van God’.

We hebben ook in Richteren 1 gezien hoe belangrijk zijn relatie met Achsa is. Zijn huwelijk met Achsa toont aan dat hij niet meedoet met de algemene zonde van Israël die in de Ri 3:5-6 van dit hoofdstuk wordt genoemd. Hij heeft geen vrouw uit de volken genomen, maar een uit het volk van God. Hij houdt zich aan Gods Woord. Om het met een woord uit 1 Korinthiërs 7 te zeggen, hij trouwt “in [de] Heer” (1Ko 7:39). Omdat hij persoonlijk vrij is van de zonden van het volk, kan God hem gebruiken. Al deze dingen maken duidelijk hoe het er in het persoonlijke leven van Othniël voorstaat.

Wie zijn zaken thuis niet inricht naar Gods Woord, moet niet denken dat hij iets kan doen ten gunste van het hele volk. “Wie trouw is in [het] minste, is ook in veel trouw” (Lk 16:10). De vorming thuis, in het gezin, is nog steeds de beste voorbereiding om de Heer in de gemeente te gaan dienen.

Zoals al is opgemerkt, herkennen we richters vandaag vooral in de opzieners of oudsten in de gemeente. Van een opziener staat geschreven dat het iemand moet zijn “die zijn eigen huis goed bestuurt, zijn kinderen in onderdanigheid houdt met alle eerbaarheid, – maar als iemand zijn eigen huis niet weet te besturen, hoe zal hij zorg dragen voor de gemeente van God?” (1Tm 3:4-5). Dít zijn de mensen die vandaag andere gelovigen kunnen helpen te ontkomen aan de greep van de wereld waardoor zij weer gevangen zijn. Door hun hulp kunnen die gelovigen weer gaan genieten van Gods zegeningen.

Copyright information for DutKingComments