Judges 7:14

Een droom ter bemoediging

We mogen wel zeggen dat God het hart van Zijn dienaar kent. Ondanks alle bemoedigingen en toezeggingen is er in Gideons hart toch nog een hapering. Er is nog een restant van twijfel overgebleven. En zie hoe God ook daaraan tegemoetkomt. Welk een God vol geduld is Hij.

De wijze waarop Hij de handen van Gideon sterkt, vraagt wel moed. Samen met zijn knecht Pura moet Gideon het leger van de vijand binnengaan om daar iets te horen waardoor hij moed zal vatten. Hoe wonderlijk is het, zoals God Gideon moed wil geven. Gideon moet nota bene naar de vijand gaan om daar iets te horen, terwijl God Zelf hem al zo vaak gewezen heeft op de kracht die in Hem aanwezig is.

Wat God hem nog wil leren, is dat de vijand meer van die kracht doordrongen is dan hij. De vijand zelf ziet zich al als verslagen, hoewel hij zich nooit gewonnen geeft en daadwerkelijk moet worden verslagen. Gideon hoort het uit de mond van zijn vijanden: “God heeft Midian en heel dit kamp in zijn hand gegeven” (Ri 7:14).

De verspieders die in Jozua 2 het land zijn gaan verkennen en bij de hoer Rachab terecht zijn gekomen, hebben hetzelfde gehoord. Rachab zegt tegen hen “dat al de inwoners van dit land weggesmolten zijn [van angst] voor u” (Jz 2:9). Ze hebben gehoord welke grote daden de HEERE voor Zijn volk heeft gedaan (Jz 2:10-11). Ondanks deze wetenschap heeft ook Jericho zich niet overgegeven, maar moest worden veroverd.

Gideon neemt bij deze onderneming op bevel van God zijn knecht Pura mee. De naam Pura betekent ‘wijnpers’ of ‘groei’. Als God deze knecht van Gideon bij name noemt, is dat misschien wel om Gideon te herinneren aan Zijn verschijning aan hem, toen hij bij de wijnpers bezig was tarwe uit te kloppen (Ri 6:11). Een herinnering aan onze eerdere ontmoetingen met de Heer en wat Hij bij die gelegenheden tegen ons heeft gezegd, geeft vaak moed om door te gaan. Zulke herinneringen geven ook aan dat er door de omgang met Hem geestelijke groei is.

Gideon neemt Gods aanbod aan. Hij gaat en hoort een van de Midianieten een droom vertellen. Hij hoort zelfs de droom door een andere Midianiet uitleggen. Hoe de man de betekenis van de droom kent, weten we niet. We kunnen veronderstellen dat God hem dat heeft laten zien. Als God de dingen zo kan besturen, dat Gideon op het juiste moment bij die tent komt om van dit gesprek getuige te kunnen zijn, is Hij ook in staat om die man dingen te laten zeggen die voor Gideon van belang zijn.

Wat Gideon hoort, is niet zo verheffend voor hem. Hij wordt eraan herinnerd hoe zwak hij in zichzelf is. Hij wordt in de droom voorgesteld als een gerstebrood. Maar de uitleg laat zien dat God er een zwaard van maakt om daarmee de vijanden te verslaan. Gerstebrood is het brood van de armen. God werkt vaak door armoede en zwakheid.

Het zwaard dat hier de overwinning brengt, bestaat uit voedsel. Als Gods volk gevoed is met Christus, hebben ze daarmee een zwaard in de hand dat de vijand verslaat. God kan onze zwakste waardering voor Christus gebruiken om de vijand te verslaan. Zo rolt Paulus als het ware een gerstebrood het kamp, de gemeente, in Korinthe binnen als hij zegt: “Is Paulus soms voor u gekruisigd?” (1Ko 1:13). Hij wil daarmee maar zeggen dat hij en ook anderen niet als partijhoofd willen functioneren. Hij doet niet mee aan partijvorming en verdeeldheid. Hij is slechts een dienaar. Het gaat om Christus. Hij cijfert zichzelf weg.

Daartegenover plaatst hij het kruis van Christus. Wat blijft er van de hoogmoed en eigen wijsheid van de mens over als hij kijkt naar het kruis? Paulus ‘draagt’ het kruis van Christus de gemeente in Korinthe binnen en gooit daarmee de ‘tent’ van strijd, wantrouwen en verdeeldheid omver. De uitwerking van elke eenvoudige waarheid over Christus die in liefde bediend wordt, is dat de ‘tent’ van boosheid, ruzie en twist tegen de vlakte wordt gegooid.

Copyright information for DutKingComments