Leviticus 23:23-44

De dag van het bazuingeschal

Hier begint een nieuw spreken van de HEERE, een nieuw gedeelte. De feesten die nu volgen, vinden plaats in de zevende maand, die vroeger de eerste maand was. Het is een nieuw begin dat het einde inluidt – in Exodus 23 lezen we over “het Feest van de inzameling aan het einde van het jaar” (Ex 23:16). De laatste drie feesten volgen elkaar snel op. Ze worden gevierd op de eerste dag, op de tiende dag en van de vijftiende tot de tweeëntwintigste dag.

Bij Israël begint de maand altijd met nieuwe maan. Dan moet de bazuin worden geblazen: “Blaas [op] de bazuin bij nieuwemaan” (Ps 81:4). De maan ontvangt zijn licht van de zon en weerspiegelt dat. Het getuigenis van Israël is verdonkerd, maar er komt een tijd dat het weer zal beginnen te schijnen. Dat is als de gemeente is opgenomen. God zal Zijn volk eerst verlossen uit de benauwdheid die hun is aangedaan door hun vijanden. Daarna zal het volk het licht dat van God afkomstig is, weer gaan doorgeven.

De dag begint met rust, tot bezinning komen. Dat is altijd de start van iets nieuws. Het startsein wordt gegeven door de bazuin (Nm 10:3; 10; Js 27:13). De bazuin is een beeld van het Woord van God. Als Gods Woord ingang krijgt in hart en geweten, bewerkt dat eerst verootmoediging, ophouden met eigen inspanningen, tot rust komen. De eerste tekenen van het herstel dat Israël zal beleven, zullen zijn dat zij zich verootmoedigen voor de HEERE (Zc 12:10-14). Dat zien we in het volgende feest.

De Verzoendag

De Verzoendag is uitvoerig behandeld in Leviticus 16. Hier gaat het om de profetische samenhang die er is met de andere feesten. Zo worden hier de offers voor Aäron en zijn huis niet genoemd. Er is slechts sprake van een vuuroffer. De nadruk valt hier op verootmoediging en het afzien van enig werk.

De gedachte aan verzoening moet bij ons verootmoediging bewerken. Verzoening is nodig vanwege onze zonden. Die verzoening hebben wij niet kunnen bewerken. Om ons te verzoenen met God is het nodig geweest dat de Heer Jezus tot zonde is gemaakt en Zijn bloed heeft gestort, dat wil zeggen dat Hij in de dood is gegaan, want het loon van de zonde is de dood. Door Zijn bloed heeft Hij verzoening bewerkt. Op een andere manier is het niet mogelijk.

De vreugde van het Loofhuttenfeest – het volgende en afsluitende feest – moet noodzakelijk worden voorafgegaan door verootmoediging. Pas na de belijdenis, die het volk met de woorden van Jesaja 53 zal uitspreken (Js 53:1-12), kan het feest worden. Op de Verzoendag zal de Hogepriester uit het heiligdom komen. Dan zullen ze zien op Hem Die zij doorstoken hebben en Hij zal hen vergeven.

Het Loofhuttenfeest

De wijnoogst en de olijvenoogst vormen de aanleiding voor het Loofhuttenfeest. Wijn is een beeld van de vreugde (Ps 104:15a), (zalf)olie is een beeld van de Heilige Geest (1Jh 2:20; 27). Beide staan ze in verbinding met het vrederijk. De Heilige Geest zal vreugde bewerken in allen die in het vrederijk leven. Dat is voor de aarde in het algemeen en Israël in het bijzonder het doel van Gods wegen.

De offers die op dit feest worden gebracht, worden uitvoerig in Numeri 29 beschreven (zie de uitleg daar). Israël zal in de toekomst begrijpen dat de zegen van het vrederijk uitsluitend op het werk van de Heer Jezus aan het kruis is gebaseerd.

Aan het Loofhuttenfeest is een achtste dag verbonden (Lv 23:36). Die ziet vooruit op de eeuwigheid. In Johannes 7 spreekt de Heer Jezus op deze achtste dag over de Heilige Geest (Jh 7:37-39). Hij zegt dat Die zal komen als Hij verheerlijkt in de hemel is. Dat is gebeurd op de Pinksterdag, waardoor de gemeente is ontstaan. De gemeente is geen onderwerp van de profetie. Profetie heeft altijd met de aarde te doen en de gemeente hoort niet bij de aarde, maar bij de hemel, bij de eeuwigheid.

De offers bij de feesten

Voor er een verdere beschrijving van het Loofhuttenfeest plaatsvindt, vindt eerst nog een herinnering aan de belangrijkste elementen van de feesten plaats als een soort samenvatting:

1. De feesten moeten “als heilige samenkomsten” worden uitgeroepen. Het volk moet samenkomen om tot God te naderen en met Hem gemeenschap te hebben.

2. Deze gemeenschap komt op speciale wijze tot uitdrukking in het brengen van offers.

3. De priesters en het hele volk worden eraan herinnerd dat alle andere offers ook zullen worden gebracht, wat weergegeven wordt door het woord “naast”.

Vervolg van het Loofhuttenfeest

Hier vervolgt de HEERE de beschrijving van het Loofhuttenfeest. De hele oogst van het land is ingezameld. Kan het nu anders zijn dan dat het hele volk vol dankbaarheid aan de HEERE voor Hem een feest viert? Als wij alle zegeningen overzien waarmee God ons gezegend heeft, kan het dan anders dan dat ons hart overstroomt van dankbaarheid en vreugde?

Het feest begint met een sabbatsrust – wat niet betekent dat de eerste dag van het feest ook op een sabbat valt – en het eindigt ermee. Dit feest stelt de tijd voor die “[de] bedeling van de volheid der tijden” wordt genoemd (Ef 1:10a). Dat is de tijd waarin Gods voornemen in vervulling gaat “om alles wat in de hemelen en wat op de aarde is onder één Hoofd samen te brengen in Christus” (Ef 1:10b). Christus zal dan als de ware Adam samen met Zijn gemeente als Zijn vrouw over de schepping regeren.

Van de verschillende vruchten en takken van diverse bomen moeten hutten gemaakt worden. Het is allemaal symbolisch voor het zich geplaatst weten in de zegeningen van het beloofde land. De vruchten van sierlijke bomen spreken van genot voor tong en oog. Alles wat gesmaakt en gezien wordt, is een weldaad voor de zintuigen van de mens. Er is niets wat stoort. De palmtakken spreken van overwinning en verkwikking (Jh 12:13; Op 7:9; Ex 15:27). Het voortdurende groen van de takken van loofbomen spreekt van blijvende jeugdigheid, terwijl de takken van beekwilgen laten zien dat waar eens treurzang was, daarvoor in de plaats vreugdegejuich is gekomen.

Het hele tafereel van loofhutten is één grote lofzang op Gods grote daden. Hij heeft alles voor het volk gedaan om het in de door Hem beloofde zegen te brengen. Hij heeft het uit de slavernij van Egypte gevoerd en via Zijn wegen ten slotte in de eeuwige rust gebracht. Zoals Hij Zijn volk eens uit de macht van de vijand heeft bevrijd en in het beloofde land heeft bracht, zo zal Hij in de nabije toekomst Zijn volk uit de benauwdheid redden en in de beloofde zegen brengen. Zij hebben door ontrouw de zegen van het land verspeeld. Dat zal in de toekomst niet meer gebeuren. Hij zal Zijn wetten in hun harten geven en Zijn volk zal Hem dienen. Hij is het waard om daarvoor eeuwig geprezen te worden – en dat zal ook gebeuren.

De vreugde die straks het deel van Israël en van de schepping zal zijn, mag nu al elke dag het deel van de gelovigen zijn (Jh 15:11; Jh 16:24; Jh 17:13; 1Jh 1:4). Zij mogen en kunnen die vreugde genieten omdat zij nieuw leven bezitten, leven uit God, het eeuwige leven. Dit leven zullen ze binnenkort in volmaaktheid genieten als de Heer Jezus komt om de gemeente tot Zich te nemen.

Copyright information for DutKingComments