Luke 8:55

De dochter van Jaïrus opgewekt

De Heer komt bij het huis. Hij laat alleen de drie discipelen die met Hem op de berg waren, mee naar binnen gaan, met de vader en moeder van het meisje. Zij mogen er getuige van zijn hoe Hij haar tot leven brengt. Voor de drie discipelen zal het weer een bijzondere bemoediging zijn met het oog op hun latere dienst voor de Heer. De vader en moeder mogen er ook bij zijn, want Hij wil het kind direct weer aan hun zorg toevertrouwen. Ze hebben hun zorg getoond door Zijn hulp in te roepen.

Er zijn ook mensen aanwezig die alleen de dood zien, maar die staan buiten de deur. Hij zegt hun dat ze kunnen stoppen met huilen omdat het meisje niet gestorven is, maar slaapt. Voor Hem is de dood een slaap waaruit Hij iemand kan wakker maken. Waar Hij is, moet de dood wijken. Er is ook nooit iemand gestorven in de directe omgeving van de Heer. De mensen die over het meisje huilen en weeklagen, draaien bij het horen van Zijn woorden om als een blad aan een boom en beginnen spottend te lachen. Ze lachen Hem uit. Zo weinig begrijpen deze mensen van de macht van God. Ze hebben geen oog voor de macht van het leven in Hem.

De Heer antwoordt hun niet, maar grijpt de hand van het kind. Dan roept Hij de woorden: “Kind, sta op.” Hij roept, want ze moet wakker worden. Hij roept “de woorden”, want Zijn woorden wekken haar tot leven. Het meisje hoort de stem van de Zoon van God en haar geest keert in haar terug en ze wordt levend (Jh 5:25). Zoals de bloedvloeiing “onmiddellijk” ophield (Lk 8:44; 47), zo is ook hier “onmiddellijk” resultaat. Er is geen proces van wakker worden. Ze staat onmiddellijk op.

De zorg van de Heer gaat verder dan haar leven te geven. Hij gebiedt dat men haar te eten geeft. Ze heeft veel geleden en moet weer op krachten komen. Het is ook van belang bij ieder die nieuw leven ontvangt dat hij te eten krijgt. Het nieuwe leven moet worden gevoed met gezond geestelijk voedsel. Dat is in de eerste plaats Gods Woord.

De ouders die zo in de sfeer van de wet hebben geleefd en hun kind met de wet hebben opgevoed, zijn diep onder de indruk van de genade van de Heer. Al hun goede bedoelingen waren erop gericht dat hun kind zou leven, maar ze hebben moeten constateren dat het enige resultaat de dood was. Nu hebben ze een beroep gedaan op Iemand Die genade bewijst en ze hebben het leven voor hun dochter gekregen.

Genade is altijd een zaak die ontzetting bewerkt bij hen die in een wettische sfeer leven. In verbinding met Zijn dienst wil de Heer dat dit wonder verborgen blijft, want Hij moet aangenomen worden op grond van het getuigenis dat Hij geeft aan het geweten en het hart. De opwekking van de dochter van Jaïrus is een voorbijgaande daad, hoewel vol van levenskracht. Het is een incidentele gebeurtenis. De tijd die gekenmerkt zal worden door een algemene zegen, is er nog niet. Daarom beveelt de Heer hun tegen niemand te zeggen wat er is gebeurd. Als Hij Zelf niet aangenomen wordt, als men weigert Zijn woord aan te nemen, is het tevergeefs om Zijn kracht algemeen openbaar te maken.

Copyright information for DutKingComments