Mark 3:8

Genezingen bij de zee

De tegenstand bewerkt dat de Heer Zich terugtrekt. Dit betekent niet dat de tegenstand de stroom van Gods zegen tegenhoudt. Dat is onmogelijk. Tegenstand is juist een aanleiding om die stroom in een andere richting te stuwen en groter te maken, zodat meerderen eraan deel kunnen krijgen. De zee spreekt van het grote arbeidsveld van de Heer. De mensen komen van alle kanten naar Hem toe omdat ze van Zijn daden van zegen hebben gehoord. Zo blijft Gods zegen stromen tot eeuwige vreugde van de armen en de behoeftigen die voor Christus neerbuigen.

Om niet door de menigte te worden verdrongen neemt Hij voorzorgsmaatregelen. Hij, de almachtige God, bedient Zich daarvoor van menselijke middelen. Hij had, evenals toen men Hem van de berg wilde gooien, zo een pad tussen de mensen kunnen maken (Lk 4:29-30). Hier heeft Hij echter niet met tegenstanders te doen, maar met mensen die Hem nodig hebben.

De kracht van de Heer om te genezen is aanwezig. Ieder die Hem nodig heeft, kan Hem bereiken en aanraken. Hij is altijd bereikbaar voor wie Hem nodig heeft. Hij geneest niet alleen lichamelijk zieken, maar ook mensen die bezeten zijn. De onreine geesten kunnen zich niet stilhouden in Zijn tegenwoordigheid. In de mens in wie zij huizen, werpen zij zich voor Hem neer en belijden schreeuwend Zijn Naam. ‘Schreeuwen’ ziet op gedwongen, in extase geuite erkenning. De verlosten belijden Zijn Naam niet luid schreeuwend, maar vrijwillig, diep dankbaar, met verstand en geestelijk inzicht.

Zo is Hij bezig met goeddoen aan de mensen en bevrijdt hen, zonder iets bij hen voor Zichzelf te zoeken. Hij wil niet dat de demonen Zijn Naam openlijk belijden. Hij neemt geen getuigenis van de mens als zodanig aan en nog minder van demonen. Wat voor waarde heeft een erkenning van Wie Hij is, als die erkenning niet door de Geest van God is gewerkt?

Copyright information for DutKingComments