Matthew 11:20-21

‘Wee’ over de steden van Galiléa

Als de Heer verwijten gaat maken, zijn die volkomen terecht. Het zal ieder mens die zich niet heeft bekeerd, verweten worden dat hij zich niet heeft bekeerd. Het zich niet bekeren getuigt van onwil. Het verwijt dat de een krijgt, kan wel zwaarder zijn dan het verwijt dat de ander krijgt. Dat heeft te maken met de mate van verwijtbaarheid. Een rechter die de wet overtreedt die hij moet toepassen, is schuldiger dan iemand die onwetend de wet overtreedt.

Zo is het met de steden waarin de Heer Jezus op de duidelijkste wijze heeft laten zien Wie Hij is. Als die steden ondanks de veelheid aan bewijzen Hem afwijzen, zijn zij schuldiger dan steden waarin Hij Zich niet op die wijze heeft geopenbaard. Ook die heidense steden zullen het oordeel krijgen dat zij door hun immorele gedrag verdienen. Toch zal het oordeel over hen lichter uitvallen dan het oordeel over de steden waar Christus zo’n duidelijk getuigenis van Zichzelf heeft gegeven en die Hem desondanks hebben verworpen.

We zouden ons kunnen afvragen waarom God dan aan de heidense steden die de Heer hier noemt niet een dergelijk getuigenis heeft gegeven, want dan zouden ze zich bekeerd hebben. Het antwoord is dat Tyrus en Sidon en Sodom en Gomorra naar de wijsheid van God een volmaakt bij hen passend getuigenis van Zijn openbaring hebben gehad. Zij hebben Gods getuigenis in de schepping gezien (Rm 1:19-20), maar zij hebben zich niet voor Hem gebogen. Zij hebben naar hun verdorven aard gehandeld en zich niets van Zijn openbaring in de schepping aangetrokken. Op grond van die verwerping van Gods getuigenis zullen ze geoordeeld worden. Zo wordt elk volk onderworpen aan een test van hun gehoorzaamheid aan God op een wijze die volkomen aansluit op hun verantwoordelijkheid.

Van Kapernaüm wordt nog iets speciaals gezegd. Die stad heeft van alle steden van Israël een nog groter voorrecht verworpen. De Heer Jezus heeft daar gewoond. Ze hebben Hem dagelijks meegemaakt. Door Zijn aanwezigheid is de stad tot de hemel verhoogd, want in de Zoon van God is de hemel tot hen gekomen. Maar ze zullen in werkelijkheid niet in de hemel komen. Het tegendeel is het geval. Ze zullen tot de hades worden neergestoten. Ze hebben niets gedaan met het enorme voorrecht dat God onder hen heeft gewoond. Het heeft geen enkel effect op hen gehad.

Copyright information for DutKingComments