Matthew 22:3-7

De geroepenen tot de bruiloft

Met de volgende gelijkenis “antwoordde” de Heer op Zijn verwerping die Hij in de vorige gelijkenis naar voren heeft gebracht. In dit antwoord komt Zijn genade tot uiting. Ondanks Zijn verwerping biedt Hij alsnog Zijn genade aan in de uitnodiging om naar de bruiloft te komen. Als zij de uitnodiging van het evangelie aannemen, komen zij onder de rechtsorde van de hemel, nadat de nationale ineenstorting heeft plaatsgevonden die in de voorgaande gelijkenis wordt voorgesteld.

Het is opnieuw een gelijkenis, maar nu in verbinding met het koninkrijk der hemelen. Dat onderscheidt deze gelijkenis van de twee voorgaande. Daar gaat het om de rechtvaardige aanspraken die de Heer Jezus op Israël heeft op grond van wat Hij hun heeft toevertrouwd en hun reactie daarop. Hier gaat het om iets nieuws, de bruiloft. Met deze gelijkenis brengt Hij weer naar voren waarom Hij gekomen is. Evenals in de vorige gelijkenis is hier sprake van een zoon, dit keer een zoon van een koning.

De Heer leidt deze gelijkenis in met de woorden “het koninkrijk der hemelen is gelijk geworden aan”. Dit betekent dat Hij het koninkrijk der hemelen niet in zijn oorspronkelijke vorm aankondigt. Dat kan niet meer vanwege Zijn verwerping. Door te spreken over een bruiloft legt Hij wel de nadruk op de vreugde die eraan verbonden is als iemand de uitnodiging aanneemt en er binnengaat. In deze gelijkenis gaat een uitnodiging uit. De slaven krijgen niet de opdracht om in de wijngaard te gaan en te werken, maar om te roepen: “Komt tot de bruiloft.” Er wordt niet geëist, maar gegeven.

De slaven zijn de discipelen die de Heer heeft uitgezonden. De genodigden zijn in eerste instantie de Joden, het volk van God. Maar het volk wil niet, het verwerpt de uitnodiging. Christus is echter vol genade en laat een tweede uitnodiging uitgaan tot dezelfde groep bijzonder bevoorrechte personen, de genodigden. Hij geeft Zijn slaven de opdracht nu niet alleen uit te nodigen, maar ook de aantrekkelijkheid van het feest in de uitnodiging voor te stellen. Alles staat klaar voor de genodigden. Ze hoeven alleen maar te komen. Hij doet er alles aan om de genodigden op het feest te krijgen.

De geestelijke betekenis is dat alles gereed is door het offer van Christus. Hiervan was bij de eerste uitnodiging nog geen sprake. De vervulling van de tweede uitnodiging zien we in de eerste hoofdstukken van Handelingen. Deze tweede uitnodiging gebeurt door de apostelen als het verlossingswerk is volbracht.

Maar de genodigden tonen geen interesse. De oorzaak ervan is verschillend. Er is een groep die te druk bezig is met zijn eigen bezittingen, een andere groep heeft het druk met zijn zaken. Er is ook een groep onder de genodigden die nog anders reageert. Als zij de uitnodiging krijgen, ontsteken ze in woede. Dat heeft te maken met hun trots op hun nationale godsdienst waaraan zij hun belangrijkheid ontlenen. Ze beantwoorden de uitnodiging met mishandeling en het vermoorden van de boodschappers.

Het mag geen verbazing wekken dat de koning deze reacties op zijn uitnodiging niet ongestraft kan laten. God heeft in het jaar 70 Jeruzalem door de Romeinen als “zijn legers” laten verwoesten.

Copyright information for DutKingComments