Matthew 6:6

Bidden

God verafschuwt een gebed dat voor niets anders dient dan het geven van een ‘biddemonstratie’ voor anderen. In zo’n gebed richt de bidder zich tot God, echter niet opdat God het hoort, maar opdat anderen het horen. God luistert er ook niet eens naar. Dat bidden is huichelarij omdat het de indruk wekt dat tot Hem wordt gebeden, terwijl het gebeurt om indruk te maken op mensen.

De demonstraties worden gegeven in gebouwen en in het openbaar. Allen die zelf geen relatie met God hebben, bewonderen deze demonstraties. Die bewondering is het loon voor de ‘bidder’. Góds loon gaat aan hen voorbij. Gods beloning ligt klaar voor hen die niet de eer van mensen zoeken, maar die de echte omgang met Hem zoeken. Omgang met God en het spreken met Hem is geen show. Het is een zaak die persoonlijk en teer is. Daarvoor moet de eenzaamheid worden gezocht. Ook moet de kans om van buitenaf te worden gestoord zo klein mogelijk worden gemaakt: de deur moet op slot. Voor de tijd waarin wij leven, betekent het ook: de smartphone en dergelijke apparatuur uitzetten zodat we ongestoord kunnen bidden.

Nog een punt van belang is dat er geen omhaal van woorden moet worden gebruikt. De Heer bedoelt hiermee het geval dat een gebed door zinloze herhaling zo lang mogelijk wordt gemaakt. Dat is een heidense gewoonte. Het bidden van de ‘rozenkrans’ in de rooms-katholieke kerk is daarvan een voorbeeld. Dat betekent niet dat we niet lang mogen bidden. Niemand hoeft echter de duur en de intensiteit van ons gebedsleven te weten. Daarom is het goed om in het openbaar kort en krachtig te bidden. We bidden niet om God dingen bekend te maken die Hij nog niet zou weten. Hij weet alles allang voordat wij Hem iets vragen. Wij bidden om lasten kwijt te raken.

Copyright information for DutKingComments