Micah 3:3

Kannibalisme

Als God hier van “Mijn volk” spreekt, zal daarmee in het bijzonder het gelovige deel daarvan worden bedoeld. Zij zijn vooral het doelwit van deze gewetenloze lieden. In onverbloemde taal houdt de profeet de rechters hun beestachtige handelwijze voor. Ze beroven het volk niet alleen, maar vreten het ook op, ze behandelen het als slachtvee.

In zijn beschrijving laat Micha zien dat deze mensen geen middel, hoe laag-bij-de-gronds ook, onbeproefd laten om zichzelf ten koste van anderen te goed te doen en hun medeburgers van hun bezittingen te beroven. Wat een contrast vormen deze leiders met de Herder van Micha 2 (Mi 2:12). We zien dit contrast ook in Ezechiël 34 (Ez 34:1-10; 23-24).

De apostel Paulus laat een totaal andere gezindheid zien dan deze verdorven leiders. Tegenover de wrede wolven waarvan hij weet dat zij de gemeente zullen “binnensluipen, die de kudde niet sparen” (Hd 20:29), toont hij zijn gezindheid als hij zegt: “Ik zoek niet het uwe, maar u” (2Ko 12:14).

Copyright information for DutKingComments