Micah 4:13

Sion verplettert de volken

Het dorsen, dat wil zeggen het oordelen, van de goddeloze naties zal Hij overlaten aan de verdrukte inwoners van Jeruzalem. Hij zal hen daartoe sterk maken. Dit oordeel is geen wraakzuchtige uiting van gekrenktheid, maar zal gebeuren tot eer van God. De oorlogsbuit zal door de ban aan de HEERE worden gewijd (Lv 27:28). Dat kan bijvoorbeeld gebeuren door de tempel ermee te versieren. In elk geval zal het tot meerdere glorie van Zijn rijk dienen.

“De HEERE”, Jahweh, de God van het verbond met Zijn volk, zal in die dag gekend worden als “de Heere”, Adonai, de Gezaghebber, “van heel de aarde”. Hem behoort alles toe. Hij neemt alles terug wat de volken in ongerechtigheid zichzelf hebben toegeëigend en waarmee ze tegen Hem in opstand hebben geleefd.

Sion zal de eer hebben over de volken te triomferen, wanneer deze als graanschoven op de dorsvloer bijeengebracht zijn. In plaats van bang voor hen te zijn en voor hen te vluchten, zal zij met kracht tegen haar vijanden optreden. Bij haar vijanden zal dan angst heersen en die zullen trachten te vluchten.

Tegenover haar vijanden zal de HEERE hun hoorn – de hoorn is een beeld van kracht – van ijzer maken. Zij zal hen ermee verstoten. Hij geeft haar ook hoeven van koper om hen daarmee te vertrappen. Op deze wijze zal zij vele volken verpletteren die haar zolang vertrapt hebben.

Wanneer Gods tijd is gekomen, zal de dochter van Babel als een dorsvloer gemaakt worden (Jr 51:33). En het wormpje Jakob zal de dorsslede zijn, waarmee God de bergen dorst en vermaalt en waarmee Hij de heuvelen behandelt alsof het kaf is (Js 41:14-15). De situatie is dan omgekeerd, want eerst was Jakob de dorsvloer en Babel de dorsslede (Js 21:10).

Als God Zijn volk een overwinning in het vooruitzicht stelt, wapent Hij het ook met kracht en bekwaamheid. Daarvan moet de dochter van Sion gebruikmaken. In zichzelf heeft ze geen kracht. Maar ze moet ook opstaan. Het is haar verantwoordelijkheid om te gaan dorsen. De eer van de overwinning komt God toe. Sion zal het gedorste koren als een graanoffer op Gods altaar brengen. De buit, door Sions overwinning behaald, zal in het heiligdom gebracht en aan God gewijd worden (vgl. Nm 31:28; Jz 6:17).

Op alles wat wij hebben, moet geschreven staan “HEILIG VOOR DE HEERE” (Zc 14:20-21). Buitengewone zegeningen roepen op tot buitengewone dankbaarheid. God heeft ons in staat gesteld om alles wat we bezitten ook werkelijk te verkrijgen. Daarom moet Hij verheerlijkt worden met alles wat ons deel is geworden.

Copyright information for DutKingComments