Micah 4:5

Wandelen in de Naam van de HEERE

Het eerste deel van het vers slaat niet op de toekomst, maar op de situatie nu. In het vrederijk wandelt immers niemand in de naam van een eigen god. Micha verklaart dat de volken nu wandelen elk in de naam van zijn eigen god. Maar Israël zal in de zojuist beschreven tijd van zegen en vrede wandelen in de kracht en sterkte van zijn God en zal Hem aanbidden.

Alleen door Zijn Naam komt en blijft de vrede (Zc 10:12), terwijl alle namen van de goden van de volken niets tot stand kunnen brengen, laat staan handhaven. Talloze volken wandelen in de naam van de paus, of van Boeddha, of van Mohammed. Zij hebben geen uitkomst gebracht in de wereldproblemen en zeker niet met het oog op het vraagstuk van de zonde. Al hun inspanningen hebben slechts de afval van God vergroot.

Het wandelen in de Naam van de HEERE betekent meer dan alleen vasthouden aan de godsdienstige vereisten die met God verbonden zijn. Het betekent te leven in vertrouwen op de kracht van God, waardoor openbaar wordt Wie Hij is. Het wandelen in de naam van een afgod is eindig. Het wandelen in vertrouwen op de HEERE, onze God, is “voor eeuwig en altijd”, ofwel eindeloos. Eeuwig zal Zijn volk en ieder die met Hem in verbinding staat, Zijn kracht ervaren.

Copyright information for DutKingComments