Numbers 10:2

De zilveren trompetten

Er is, naast de wolk, nog een middel waardoor God Zijn volk wil leiden: twee zilveren trompetten. Trompetten zijn niet, zoals de wolk, om naar te kijken, maar om naar te luisteren. De wolk is zichtbaar, de trompetten zijn hoorbaar. De trompetten zijn de stem van de HEERE Die tot hen spreekt. Ze stellen het Woord van God voor, waarin Hij Zijn wil nadrukkelijk bekendmaakt.

Het zijn “zilveren” trompetten. Het is, om zo te zeggen, een stem van zilver. De stem van God, Zijn Woord, is niet zomaar een stem. Het zilver spreekt van de prijs die voor de verzoening is betaald. De stem van de Heer Jezus is de stem van onze Verlosser. Het zijn trompetten van “gedreven” zilver, dat wil zeggen dat dit zilver geslagen is. Dat doet eraan denken dat Hij Die spreekt, de goede Herder is Die voor ons door Gods zwaard werd geslagen (Zc 13:7a).

De trompetten, het Woord, worden hoofdzakelijk gebruikt voor twee redenen:

1. Als de gemeenschap moet worden samengeroepen (vgl. Js 27:13; Jl 2:15).

2. Als de kampen moeten opbreken.

Ze worden geblazen door de priesters, niet door de Levieten. Niet de broeders die met het Woord dienen (Levieten), maar gelovigen die gewend zijn gemeenschap met God in het heiligdom te hebben, die Zijn gedachten kennen en weten wat passend is voor Hem, laten Zijn gedachten horen. Dat is niet alleen in de samenkomsten, maar in het leven van elke dag. Zulke gelovigen verstaan snel wat God wil. Zij zijn in staat om Zijn wil, Zijn Woord, aan anderen door te geven en zo de richting te bepalen waarheen het getuigenis zich moet bewegen.

We komen samen omdat Gods Woord ons daartoe aanmoedigt (Hb 10:25). De HEERE nodigt Zijn volk uit om in Zijn tegenwoordigheid te komen “bij de ingang van de tent van ontmoeting” ofwel de tent der samenkomst (Nm 10:3). Het samenkomen mag geen kwestie van sleur zijn, maar gebeurt op uitnodiging van Hem Die ons heeft gekocht met de prijs van Zijn bloed. Als we de Heer Jezus horen zeggen: “Doet dit tot Mijn gedachtenis” (1Ko 11:24), dan kómen we toch?

Als we ons voorbereiden op de samenkomst, als we vooraf priesterlijke oefeningen hebben, komen we anders dan alleen uit gewoonte. Zo gaan we ook naar de samenkomst om naar het Woord te luisteren en samen te bidden. De Heer is daar op dezelfde wijze en even persoonlijk als tijdens het avondmaal. Wanneer we als gemeente samenkomen, is Hij daar in het midden (Mt 18:20).

Het blazen op één trompet (Nm 10:4) klinkt half zo hard als op twee trompetten. Maar de geoefende oren van de leiders nemen dit blazen waar. Broeders en zusters met een hart voor het hele volk van God in verbinding met de belangen van de Heer, hebben als het ware aan een half woord van de Heer genoeg om te gehoorzamen aan wat Hij zegt. Bij allerlei moeilijkheden weten zij wat de Heer wil, waar anderen dat niet weten, of helemaal geen problemen zien.

Als er met een onderbroken klank wordt geblazen, moet het kamp opbreken (Nm 10:5). Dus niet alleen het opheffen van de wolk is bepalend. Het is niet voldoende zich alleen te laten leiden door de Heilige Geest. De maatstaf is het Woord van God. Nooit zal de Heilige Geest iets bewerken wat in strijd is met het Woord van God. Zo zal een zuster nooit kunnen zeggen dat de Heilige Geest haar duidelijk heeft gemaakt een lied op te geven of een woord door te geven in de gemeente. Het Woord gebiedt vrouwen namelijk te zwijgen in de gemeente (1Ko 14:34). Maar een zuster die een zorg bekendmaakt over een situatie in de gemeente, kan wel degelijk een trompetblazer zijn.

Zij die aan de oostkant leven, horen het eerst de trompet. De oostkant spreekt van het uitzien naar de komst van de Heer, de opgaande Zon. Zij die de Heer verwachten, herkennen het snelst Zijn stem. Daarna volgen zij die aan de zuidkant, dat is de rechterkant, zijn. Dat zijn, in beeld, zij die hun positie in Christus kennen. Voor de west- en noordkant is er geen blazen met een onderbroken klank. Zij liggen om zo te zeggen buiten het bereik van het Woord, maar zij volgen eenvoudig het voorbeeld van de andere stammen. Daaraan is niet veel geestelijke oefening verbonden.

De Nm 10:9-10 spreken over de situatie in het land, met name bij strijd (Jl 2:1; 2Kr 13:12) en feest (Lv 23:24; Ps 81:4; 2Kr 29:27). In beide gevallen brengt het blazen van de trompet het volk in gedachtenis bij God. Als het Woord wordt gebracht, luisteren niet alleen de medegelovigen, maar ook God. De broeders en zusters moeten gewaarschuwd worden als er gevaar dreigt of als er iets te vieren is. Maar God is er ook bij betrokken. Hij wil bij alles wat Zijn volk aangaat, betrokken worden.

Saul laat de bazuin alleen maar blazen “opdat de Hebreeën het horen” (1Sm 13:3), maar hij vergeet dat het erom gaat dat God het hoort. Al horen alle gelovigen het, maar God niet, wat voor effect zou het dan nog hebben? Met Jonathan begint de overwinning, omdat hij op God vertrouwt (1Sm 14:6). We leren hier dat we onze nood niet aan elkaar moeten klagen of steun moeten zoeken bij elkaar, maar dat we God erbij moeten betrekken. Dan is de overwinning zeker.

We hoeven nooit voor de aanvallen van de vijand te vrezen. In plaats van bang te worden moeten we een getrouw getuigenis laten horen van Wie God is: “Want God heeft ons niet gegeven een geest van bangheid, maar van kracht, liefde en bezonnenheid. Schaam je dus niet voor het getuigenis van onze Heer, noch voor mij, zijn gevangene, maar lijd verdrukking met het evangelie, naar [de] kracht van God” (2Tm 1:7-8). God geeft de belofte dat Hij met Zijn kracht ons terzijde zal staan en voor ons zal strijden. Dat is Zijn antwoord op ons getuigenis.

Ook als er feesten te vieren zijn vanwege de zegen die Hij heeft gegeven, moeten de trompetten worden geblazen om Hem hun vreugde te laten horen. We mogen met elkaar onze vreugde delen, maar vooral ook met Hem.

Copyright information for DutKingComments