Numbers 19:16

Diverse vormen van verontreiniging

In dit gedeelte worden verschillende vormen van verontreiniging genoemd. De eerste is verontreiniging door een sterfgeval in een tent. Een tent ziet op de privésfeer, op wat er gebeurt in ons huis. Daarin kan de dood ineens zijn intrede doen. Dat kan bijvoorbeeld door een uiting van het vlees in iets wat gezegd of gedaan wordt. We zeggen of doen daar soms dingen die door onze vrouw of onze kinderen worden gehoord en gezien en waardoor ze negatief worden beïnvloed. Of we halen dingen in huis zoals tijdschriften, boeken, televisie, internet, waarbij wij wel, maar onze kinderen niet kunnen onderscheiden wat verontreinigt.

Een tent kan ook worden toegepast op een plaatselijke gemeente. Ook daarin kan ineens de dood zijn intrede doen door een uiting van het vlees in iets wat gezegd of gedaan wordt. Allen worden erdoor verontreinigd.

Een open vat staat open voor verontreiniging. Als de dood is binnengekomen, in welke vorm dan ook, zullen open vaten hierdoor worden aangetast. Als voorbeelden in de toepassing van open vaten kunnen we denken aan kinderen, jongbekeerden, zwakke gelovigen, die allen ontvankelijk zijn voor het verkeerde.

Het veld ziet op de openbare sfeer, onze bezigheden in de wereld. Met het zwaard gedood ziet op gewelddadigheid. Die geest van gewelddadigheid kan ook ons soms kenmerken. Denk aan vuile en gewelddadige taal. Dit taalgebruik verontreinigt ons. Als we agressief reageren, hebben we een lijk of iets dat daaraan herinnert aangeraakt.

Het gebeente van een mens, een bot, stelt iets voor dat in de verte aan de dood herinnert. Het is het beeld van een algemeen aanvaard gedrag, waarbij de gedachte aan zonde helemaal op de achtergrond is verdwenen. Een leugentje om bestwil moet kunnen, de cijfers iets anders invullen om een rooskleuriger beeld te geven dan de werkelijkheid is, daar moeten we niet moeilijk over doen.

Zonder ons zelf schuldig te maken aan het bezigen van vuile of gewelddadige taal, kunnen we ook taal horen die ons verontreinigt. We kunnen ook zomaar verzeild raken in een manier van denken waarvan we niet meer beseffen dat het met de dood verbonden is. In beide gevallen moeten we ons reinigen. We moeten ons bezighouden met de Heer Jezus en Zijn werk door het lezen van Gods Woord. Dan zien we in, waarin we ons verontreinigd hebben en zullen we onze zonde belijden en de zekerheid van de vergeving ontvangen. “Als wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid” (1Jh 1:9).

Ook de aanraking van een graf verontreinigt. Een graf kan er fraai uitzien, maar van binnen is het dood en koud. De Heer Jezus beschrijft zo de farizeeën (Mt 23:27). In ieder van ons zit een farizeeër. We kunnen ons gemakkelijk mooier voordoen dan we zijn. We gebruiken vleiende taal als we met iemand spreken, maar in ons hart wensen we die persoon alle slechts toe. Als we dit herkennen, moeten we gereinigd worden.

Soms komen we zonder het te weten met zulke mensen in aanraking. Dan zijn we toch verontreinigd en moeten we gereinigd worden. Praktisch kan dat pas als we het ons bewust worden. Het kan zijn dat we het niet direct beseffen, maar dat we toch aanvoelen dat er iets niet deugt in wat we hebben gehoord of gezien. Daarom is het goed om het met David te zeggen en te bidden: “Wie zou [al zijn] afdwalingen opmerken? Reinig mij van verborgen [afdwalingen]” (Ps 19:13).

Voor de reiniging moet van de as van de verbrande koe worden genomen. De as moet in een vat worden gedaan. Dan moet er levend water op worden gegoten. Dit stelt in beeld het volgende voor. De Geest van God past door middel van het levende Woord van God het lijden van Christus op de ziel toe. Hierdoor herkrijgt de ziel de zekerheid dat de zonde en alles wat van de oude mens en de wereld is, door het verzoenend sterven van Christus is weggedaan.

Een reine man moet het water toepassen. Dit is er een beeld van dat we als broeders en zusters elkaar mogen helpen dit water toe te passen. Om tot hulp voor een ander te kunnen zijn, mag er in ons leven geen niet-beleden zonde aanwezig zijn. Onreinheid in ons leven kunnen we niet altijd zelf oplossen. Soms is het gewenst, soms zelfs geboden, om zonden aan anderen te belijden (Jk 5:16). Het is een voorrecht te profiteren van de geestelijke dienst van anderen.

Wie weigert dit water op zich te laten sprenkelen, wie er niet om vraagt, blijft onrein en moet uit het midden van de gemeente uitgeroeid worden (Nm 19:20). Elke zonde, ook de geringste, waarvan we ons niet (laten) reinigen, zal ons naar het verderf voeren. Op de weg naar het verderf zullen we ook anderen meeslepen. Vandaar dat iemand die zich niet van zijn zonde bekeert, uit het midden van de gemeente moet worden weggedaan (1Ko 5:13b). Niet de zonde wordt ons noodlottig, maar het niet toepassen van het middel tot reiniging dat God ons heeft gegeven.

De reine man is niet beter. Hij moet hysop gebruiken om het water toe te passen (vgl. Ex 12:22). Dat wil zeggen dat hij zich in nederigheid, “in een geest van zachtmoedigheid”, met de onreine moet bezighouden (Gl 6:1). David vraagt om zo iemand (Ps 51:9). Het levende water, dat is het Woord van God, en de as, dat is het bewijs dat het offer verteerd is, zijn de middelen van reiniging en niet de kennis of het inzicht van de reine man. De reine man moet het Woord van God kennen om de juiste tekst te gebruiken en hij moet het werk van de Heer Jezus kennen om op het juiste aspect te wijzen.

Het water moet ook worden toegepast op de tent en allen die daarin zijn. Als er verontreiniging heeft plaatsgevonden, moet ook iedereen die erbij betrokken is, bewust of onbewust, onder de kracht van het reinigingswater worden gebracht. Laten we blij zijn als iemand komt met het Woord van God en ons de as van de rode koe, dat wil zeggen de volkomen vertering van de Heer Jezus voor de zonde, voorstelt, opdat wij gereinigd worden van opgelopen verontreiniging.

De reine man moet zich ook reinigen. Anderen tot belijdenis brengen, de zonden van anderen aanhoren, verontreinigt. Iedere aanraking met de zonde en wat voor de reiniging ervan nodig is, maakt onrein. Daarom moet hij zijn kleren wassen, dat wil zeggen dat hij zijn gedrag in het licht van Gods Woord moet plaatsen, opdat niets van de zonde waarmee hij zich heeft moeten bezighouden, zich aan hem zal hechten.

Copyright information for DutKingComments