Numbers 20:14-16

Edom weigert Israël de doortocht

Edom is niet zomaar een volk, het is een broedervolk. Dat bepaalt de houding van Israël bij de weigering van Edom om het volk door te laten trekken. Ze mogen er niet tegen strijden. Dat mogen en moeten ze wel tegen vijandige volken. Het verzoek van Mozes maakt de ingebakken haat van Edom tegen het volk van God openbaar.

De naam Edom is verwant met Adam. In Adam zien we wat we in onze oude natuur zijn. Edom stelt ons ‘broedervolk’ voor, ons vlees. Het vlees is vijandig tegen God “omdat wat het vlees bedenkt, vijandschap is tegen God” (Rm 8:7a). We worden niet opgeroepen ertegen te strijden, maar ons door de Geest te laten leiden. Dan zullen we ervoor bewaard blijven tegen het vlees te strijden (Gl 5:16-17). Gaan we er wel tegen strijden, dan komen we in de situatie van Romeinen 7 terecht en wordt ons leven een leven van nederlagen. Ons ervoor dood houden (Rm 6:11) wil niet zeggen het negeren of ertegen vechten, maar eromheen trekken. Dat houdt erkenning van de vijandschap in, terwijl we er de juiste houding tegenover aannemen.

God gebruikt de weigering van Edom om Zijn volk te laten afbuigen en op de weg naar de Jordaan te brengen. Door ten opzichte van ons vlees de juiste houding aan te nemen, dat is het vlees de plaats te geven die Gods Woord het geeft, komen we in de juiste positie om de zegeningen van het land te gaan innemen.

Deze afwijzing van Edom doet denken aan de afwijzing van “een dorp van de Samaritanen” om de Heer Jezus te ontvangen. De Heer heeft daar ook boden heen gezonden, zoals Mozes hier doet naar de koning van Edom. Door op de afwijzing te reageren zoals Israël hier doet, handelt het volk in de geest van de Heer Jezus (Lk 9:52-53; 56).

Copyright information for DutKingComments