Numbers 31:1-2

Opdracht wraak te nemen op de Midianieten

Mozes krijgt hier zijn laatste taak. Voordat het volk de zegeningen van het land in bezit kan gaan nemen, moet het volk de wraak van de HEERE over Midian voltrekken. De verkeerde verbindingen met deze vijanden moeten worden verbroken, anders kan de zegen niet worden genoten. Die verbindingen zijn slecht in Gods oog en vormen een verhindering voor Zijn zegen. God staat niet toe dat Zijn dienaar Mozes de wereld verlaat, voordat hij de volle vergelding heeft gezien. We zien hier ook dat een dienaar niet eerder wordt weggenomen dan nadat zijn taak volbracht is.

Midian is een broedervolk. Hij stamt ook af van Abraham, maar zijn moeder is Ketura (Gn 25:1-2). Zij zijn buren van Moab en hebben zich met hen verbonden om Israël in het verderf te storten (Nm 22:4; Nm 25:1-15). Op grond daarvan heeft God Zijn oordeel over hen uitgesproken (Nm 25:16-18) en laat dat nu door Zijn volk uitvoeren.

Het is goed nog eens te zeggen dat het volk van God verschillende soorten strijd heeft te voeren. Een van die soorten is de strijd tegen Amalek. Dat is een verdedigingsstrijd die zich afspeelt in de woestijn. Deze strijd stelt voor ons de dagelijkse strijd voor die er is tegen wat ons omringt in de wereld waarin we leven. Een andere soort strijd is die tegen de Kanaänieten. Dat is een aanvalsstrijd, die zich afspeelt in het land om het te veroveren. Die strijd stelt voor ons de strijd voor die we hebben te strijden om ons de geestelijke zegeningen die God ons heeft gegeven eigen te maken.

Hier gaat het om de strijd tegen Midian. Dat is een aanvalsstrijd, die zich afspeelt in de woestijn. Maar er is een verschil met de strijd tegen Amalek. Aan de strijd tegen Amalek is niet te ontkomen. Die tegen Midian had wel voorkomen kunnen worden, maar is nodig geworden vanwege de eigen ontrouw van het volk. Het volk heeft zich met die vijand verbonden als gevolg van de leer van Bileam.

Het gebeurt wel dat we als vijanden tegenover de wereld komen te staan omdat we daarmee vriendschappelijke betrekkingen hebben onderhouden. Die vriendschap is een valstrik voor ons geworden. Niettemin geeft God ons een volkomen overwinning, zodra we de wereld als vijandig gaan beschouwen. Alleen moet alles wat ons heeft verleid, totaal vernietigd worden, zonder compromis.

Dat is wat we ook in de christenheid vinden, bijvoorbeeld als een christen niet als vreemdeling in de wereld verblijft, maar zich ermee vermengt, vaak met fraaie, maar wel onbijbelse motieven. We kunnen pret maken met de mensen van de wereld. Maar waar is de grens? Als we ons bewust worden dat we te ver zijn gegaan, merken we hoeveel moeite het kost om ons ervan los te maken. Als we ons ergens in hebben begeven waar we niet horen, vraagt het strijd om er weer los van te komen. Dat zou niet nodig geweest zijn als we trouw zouden zijn gebleven.

Copyright information for DutKingComments