Numbers 4:14

Bedekking van het koperen altaar

Het koperen altaar behoort ook tot de dienst van de Kahathieten omdat het, net als bij de gouden vaten het geval is, een openbaring van God voorstelt. Dit altaar spreekt van het werk van Christus voor de zondaar, waarin God de zondaar uitnodigt tot Hem te komen.

Het koperen altaar wordt niet bedekt door een blauwpurperen kleed omdat het niet een hemels karakter tot uitdrukking moet brengen, maar het werk dat op aarde is verricht. Het roodpurper spreekt van de koninklijke waardigheid van de Heer Jezus. De Heer Jezus zal als Koning regeren op grond van Zijn werk. Hij is nu door lijden tot heerlijkheid gebracht (Hb 2:9). Deze heerlijkheid zal in het vrederijk voor allen zichtbaar zijn. Het lijden en de heerlijkheid daarna horen bij elkaar (1Pt 1:11). Ook die waarheid heeft voor de wereld geen aantrekkelijkheid. Dat wordt tot uitdrukking gebracht in het buitenste kleed, een deken van zeekoeienhuiden.

Alles wat de Kahathieten is toevertrouwd, moeten zij met hun handen dragen, hetzij aan draagbomen, hetzij op een draagbaar (Nm 4:6; 8; 10; 11; 12; 14). Niets ervan mag met het zand van de woestijn in aanraking komen.

Copyright information for DutKingComments