Proverbs 26:3

Een dwaas lijkt op een redeloos dier

”Dwazen” zijn net zo moeilijk aan te sporen en te besturen als “het paard” en “de ezel”. Noch de dwazen, noch deze dieren, reageren op woorden. De dieren moeten worden aangedreven door “een zweep” en “een bit” (vgl. Jk 3:3; 7-8; Ps 32:8-10). De dwaas moet tot de orde worden geroepen door de stok omdat hij niet op zijn verstand kan worden aangesproken. Hem moet geen macht gegeven worden, maar er moet macht over hem worden uitgeoefend. De vergelijking met de genoemde dieren maakt duidelijk dat de dwaas zijn menselijke waardigheid kwijt is en op dezelfde manier moet worden behandeld.

We kunnen dit geestelijk toepassen op “weerspannige zwetsers en bedriegers” (Tt 1:10), die we als dwazen kunnen zien. Tegen hen moet streng worden opgetreden: “Men moet hun de mond stoppen” (Tt 1:11). Dat strenge optreden tegen hen kunnen we zien als het gebruik van de stok.

Copyright information for DutKingComments