Psalms 114:8

Beef, aarde!

In deze verzen volgt het antwoord op de vragen van de vorige verzen: deze wonderlijke natuurverschijnselen zijn tekenen van de verschijning van de HEERE. Het roept ook ontzag op voor Gods almacht, zonder dat we altijd begrijpen waarom bepaalde dingen gebeuren. Iets dergelijks zien we in het leven van Job. Hij begrijpt niet waarom hij zoveel moet lijden. Daarover heeft Hij veel vragen. Het antwoord krijgt hij aan het einde van het boek. Het antwoord is: God regeert. Als we niet begrijpen waarom bepaalde dingen in ons leven gebeuren, wil God dat we Hem vertrouwen, zonder dat Hij een rechtstreeks antwoord op onze vragen geeft. Hij Zelf is het antwoord.

In verbinding met wat er met de Rode Zee, de Jordaan en de bergen en heuvels is gebeurd moet duidelijk worden dat God niet slechts door deze vier natuurelementen wil worden erkend, maar door de hele aarde. De aarde, dat wil zeggen de bewoners daarop, wordt opgeroepen “voor het aangezicht van de Heere” te beven (Ps 114:7). De Heere is de soevereine Heerser, de Gebieder en Gezaghebber. Dat is Hij niet alleen van Israël, maar van het universum. Hoe zou de aarde onbewogen blijven in Zijn tegenwoordigheid? Hij is niemand anders dan “de God van Jakob”.

Terwijl de aarde beeft voor Hem, zorgt Hij voor Zijn volk en verkwikt hen met water (Ps 114:8). Dat wil zeggen dat de verschijning van de macht van de HEERE tot doel heeft om het volk leven te geven. Dat gebeurt doordat de rots, een beeld van Christus (1Ko 10:4) geslagen is, waardoor Hij een bron van levend water is geworden. Het boek Numeri maakt duidelijk dat op grond van de eenmalige gebeurtenis in het verleden – het slaan van de rots – wij daarna telkens tot de Rots kunnen spreken. De Heer geeft ons dan elke keer de verfrissing van het levende water (vgl. Js 12:1-3).

Hij heeft bij Horeb ”de rots” veranderd “in een waterplas” (Ex 17:6) en bij Kades “hard gesteente in een waterbron” (Nm 20:11). Dat wil zeggen dat Hij door Zijn kracht verfrissing en leven tevoorschijn brengt uit wat voor de mens een onoverkomelijke hindernis lijkt. Zo zal God dat doen in de eindtijd, als er geen uitkomst uit de ellende lijkt te komen. Zo doet God het ook in ons leven, als wij ons in een uitzichtloze situatie bevinden.

Deze gebeurtenissen spreken van Christus, Die een fontein van levend water heeft ontsloten voor ieder die dorst heeft (1Ko 10:4; Jh 4:13-14; Jh 7:37-39).

Copyright information for DutKingComments