Psalms 88:12

Nederlandse verzen (11-13)

Vragen

Heman gaat verder met het stellen van een aantal vragen aan de HEERE. Het zijn vragen die zich aan hem opdringen, terwijl hij aan de rand van de dood staat. Het zijn vragen over het loven van God dat toch niet door de doden, maar door de levenden gebeurt (vgl. Js 38:18-19). Het zijn geen vragen van ongeloof, maar vragen die voortkomen uit een beperkte kennis van God als gevolg van extreme ellende en vertwijfeling die het zicht op Hem en Zijn handelen verduistert. Er klinkt ook geloof in door.

In zijn eerste vraag klinkt door dat God “wonderen” kan “doen aan de doden” (Ps 88:11). In zijn tweede vraag zegt hij het specifieker en vraagt hij of gestorvenen zouden opstaan om Hem te loven. Bij de gelovigen in het Oude Testament leeft de gedachte dat lofprijzing, – en de HEERE woont op de lofzangen van Israël (Ps 22:4) – alleen maar mogelijk is door levende mensen (Ps 6:6; vgl. Ps 30:10; Ps 115:17).

De toestand is van hen die gestorven zijn, is voor hen verborgen. Zij verbinden het loven van God en het spreken van Zijn goedertierenheid met het leven op aarde (Ps 88:12). Dat kan zijn vóór hun dood en in de opstanding na hun dood. Van de situatie “in het graf” en “in het verderf”, wat ziet op het lichaam, hebben ze geen begrip. [NB De Heer Jezus is wel in het graf geweest, maar Zijn lichaam heeft het verderf niet gezien (Ps 16:10; Hd 2:24-27).]

Daarom wenst Heman dat God hem uit zijn ellende verlost. Hoe zal hij dan van Zijn goedertierenheid en trouw vertellen! Wij weten dat de gelovigen die in Christus ontslapen zijn, met Christus zijn, met Hem in het paradijs zijn, waar zij Hem voortdurend loven en prijzen (Lk 23:43; Fp 1:23).

Voor de oudtestamentische gelovige is de dood verbonden met “duisternis” (Ps 88:13). Er is geen licht aanwezig. Alleen in het licht worden Gods wonderen bekend. Voor hem is de dood “het land van vergetelheid”. Het land van vergetelheid is het land waar aan de dode niet meer gedacht wordt. De gerechtigheid wordt daar niet bekendgemaakt.

De nieuwtestamentische gelovige leeft in het licht en in de volle herinnering aan de gerechtigheid van God die hij door het geloof in Christus heeft ontvangen. Hij zal daar God dagelijks voor prijzen en het wonder ervan in de duisternis van de wereld waarin hij leeft, bekendmaken. Als hij gestorven is en bij de Heer is, is dat op grond van die gerechtigheid. Dat zal de aanleiding zijn Hem eeuwig te prijzen.

Copyright information for DutKingComments