Zechariah 10:1

Vraag de HEERE

Nadat de belofte van zegen in het vooruitzicht is gesteld, wordt tegen het volk gezegd wat het kan doen. Wat ze kunnen doen, is bidden om die zegen, want alleen God kan die geven. Hij alleen kan regen geven (Jr 10:13; Jr 14:22; Hs 6:1-3; Jl 2:23; Dt 11:13-15; Dt 32:2).

Tegen het volk wordt gezegd dat het “om regen ten tijde van de late regen” moet vragen. Het is de vraag om een bijzondere zegen, al is het slechts voor een overblijfsel, aan het einde van de geschiedenis van Gods volk, vlak voor de komst van de Messias. Het is een vraag om zegen op de daarvoor bestemde tijd. De zegen zal komen, maar God wil dat Zijn volk erom vraagt. Door ervoor te bidden laten ze zien dat ze instemmen met Zijn genadige bedoelingen.

Copyright information for DutKingComments